Hoge Raad 18 januari 2013 (Stichting Agrarisch Opleidingscentrum Terra/Dijkema), «JAR» 2013/54, «JIN» 2013/62 m.nt. mr. J.F. Dominicus, RvdW 2013/178
Kennelijk onredelijk ontslag. Inspanningsplicht werkgever om passende arbeid te vinden. Aanpassing arbeidsorganisatie door middel van herverkaveling functies in het kader van re-integratie. Hoogte schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag.
Werknemer treedt per 1 augustus 1978 als docent in dienst van AOC Terra. In de loop van het dienstverband valt de werknemer herhaaldelijk uit wegens spannings- en psychische klachten. Per 1 september 2004 valt de werknemer definitief uit wegens ziekte. In verschillende gesprekken in het eerste kwartaal van 2005 blijkt dat terugkeer naar de oude functie geen optie is. Partijen focussen aanvankelijk op terugkeer naar een passende functie en outplacement; uiteindelijk alleen op dat laatste. Tot januari 2006 werkt de werknemer op arbeidstherapeutische basis twee ochtenden in de mediatheek van AOC Terra. In mei 2006 werkt de werknemer acht dagdelen op een andere onderwijsinstelling. Op 1 maart 2006 wordt het verzoek van AOC Terra tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met de werknemer afgewezen. Nog geen maand later dient AOC Terra een verzoekschrift in tot benoeming van een arbeidsdeskundige en verzekeringsdeskundige ter vaststelling van de arbeidsgeschiktheid van werknemer. AOC Terra trekt dat verzoek in op het moment dat zij overgaat tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. Werknemer vraagt eind mei 2006 een WIA-uitkering aan. Nadat hij voor 35-80% arbeidsongeschikt is verklaard, ontvangt hij vanaf 30 augustus 2006 een loongerelateerde WIA-uitkering. Hij ontvangt daarop een aanvulling uit hoofde van een zelf afgesloten verzekering tegen inkomensverlies bij arbeidsongeschiktheid. De arbeids-overeenkomst eindigt, na een procedure bij het College van Beroep BVE, per 1 februari 2007 door opzegging van de zijde van AOC Terra wegens langdurige arbeidsongeschiktheid zonder uitzicht op herstel voor de oude functie. Voor de op dat moment 55-jarige werknemer wordt geen financiële voorziening getroffen. Werknemer vordert een verklaring voor recht dat het ontslag kennelijk onredelijk is op grond van het gevolgencriterium en vordert schadevergoeding. De kantonrechter wijst de vordering toe onder meer op de grond dat AOC Terra te snel voor een exit-traject heeft geopteerd. Op basis van de XYZ-formule veroordeelt de kantonrechter AOC Terra tot betaling van € 72.000,= bruto. Het hof bekrachtigt het vonnis, behoudens voor zover de XYZ-formule was toegepast, en veroordeelt het AOC tot betaling van € 72.170,= aan materiële en € 500,= aan immateriële schadevergoeding. Het hof oordeelt onder meer dat van AOC Terra een te starre houding heeft aangenomen in het kader van de re-integratie (aanpassing van de werkorganisatie door herverkaveling van functies in de rede had gelegen) en dat de binnen de tweejarige Wvp wachtperiode door AOC Terra geëntameerde gerechtelijke procedures belemmerend had gewerkt voor de re…