De tissuepapers: emoties in de rechtszaal?

De tissuepapers: emoties in de rechtszaal?
23 december 2019

Emoties kunnen soms hoog oplopen in de rechtszaal. En dat is niet zo gek, want er gebeurt van alles in zo’n paleis van justitie. Wat de één tot tevredenheid of zelfs triomfantelijkheid stemt, brengt de ander tot verdriet. Vooral in strafzaken komt het verdriet door de ernst van het feit of de betrokkenheid van slachtoffers soms heel dichtbij. De één uit zich door stil een traan weg te pinken en de ander uit zich door boos te worden. We zien allemaal de beelden nog voor ons waarbij een stoel door de lucht vloog toen de rechter uitspraak deed in een zaak die draaide om een verkeersongeluk waarbij een kind om het leven is gekomen. Ook het tumult in de rechtszaal in de zaak tegen Ernest Louwes zal bij menigeen nog in het geheugen staan gegrift.

Opvallend genoeg zijn het niet alleen verdachten, slachtoffers of de nabestaanden die hun emoties de vrije loop laten in de rechtszaal. Eind oktober kwam een huilende rechter in het nieuws die in een moordzaak in tranen zou zijn uitgebarsten. Wat was er aan de hand?

Huilende rechters

Op zitting werd bekend dat de inhoudelijke behandeling van de zaak nog even op zich moest laten wachten en pas in april 2020 kon plaatsvinden. Toen een familielid van het slachtoffer emotioneel reageerde op een nieuw uitstel van de zaak, schoot óók de rechter vol en kwam een moment niet uit haar woorden. Voor de advocaat van de verdachte was dit aanleiding om de betreffende rechter te wraken omdat de schijn van partijdigheid of een objectief gerechtvaardigde vrees van vooringenomenheid van de rechter zou bestaan. Uit de beslissing van de wrakingskamer blijkt dat de reactie van de rechter volgde op de vraag of zij zekerheid kon geven dat de zitting op de nieuw voorgestelde datum (7 april 2020) door zal gaan. De betreffende rechter heeft toegelicht dat die emotionele reactie te maken had met persoonlijke omstandigheden. De wrakingskamer nam hiermee genoegen, wees het wrakingsverzoek af en overwoog in dat verband: “De wrakingskamer kan begrijpen dat de rechter ervoor heeft gekozen om onder deze omstandigheden – mede gelet op de emoties van de nabestaanden van het slachtoffer – geen nadere toelichting op haar persoonlijke omstandigheden te geven tijdens de zitting. Uit de schriftelijke reactie van de rechter blijkt dat die persoonlijke omstandigheden los stonden van de emoties van de nabestaanden. De vrees van verzoeker dat de rechter zich heeft vereenzelvigd met de emoties van de nabestaanden is dan ook ongegrond.”

Een kantoorgenoot van ons had in 2014 eenzelfde soort kwestie aan de hand. Het betrof een rechtszaak in verband met een woningoverval. Tijdens de ondervraging van de verdachten schoot de voorzitter van de meervoudige kamer vol toen er werd gesproken over de kinderen van het echtpaar dat was overvallen. Het uitte zich in een overslaande stem, tranen in de ogen en één enkele traan die over zijn wang rolde. Aanleiding voor de advocaten van de verdachten om de voorzitter te wraken. Anders dan in de zojuist genoemde zaak, erkende de voorzitter ter zitting meteen dat hij werd overmand door emoties. De wrakingskamer oordeelde later dat deze geëmotioneerde rechter de zitting mocht voortzetten. Het tonen van emotie door de rechter maakt niet dat de rechter vooringenomen is, althans dat de objectief gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid is ontstaan.

Emoties bevatten waardevolle informatie

In één van de Togacolumns in het NRC ging bestuursrechter Joyce Lie hier verder op in. Zij wees op onderzoek van Maria IJzermans waarin naar voren komt dat een rechter zijn emoties de vrije loop dient te laten gaan, omdat emoties nu eenmaal waardevolle informatie bevatten. Bewustheid bij de rechter van zijn emoties kan hem helpen om tot een evenwichtiger oordeel te komen, nu erkende emoties ‘vatbaar zijn voor argumentatie en zo nodig kunnen worden gecorrigeerd’. Wij begrijpen dit vanuit een rechtersbril bezien, maar hopen ook dat rechters begrijpen dat wij dit als advocaten moeilijk aan onze cliënten kunnen verkopen. Dat geldt overigens ook voor de bekennende cliënten. Die zien tranen en trekken conclusies. Wij zien ons al reageren: ‘Nee, de rechter huilt, omdat hij dan zijn emoties onderkent zodat hij deze vervolgens – zo nodig – kan corrigeren met argumenten om uiteindelijk een passende straf op te leggen.’

Je kunt door emoties worden verrast, helemaal waar. En op zich is daar helemaal niets mis mee. Afgelopen vrijdag heeft de Hoge Raad de zogenaamde Urgenda-uitspraak bekrachtigd. Toen in 2015 de Haagse rechtbank het vonnis wees, brak advocaat Roger Cox: “Wij hebben zo hard gewerkt aan deze zaak en het is uiteindelijk zo’n groot maatschappelijk belang waar het hier over gaat, dat ik er niets aan kan doen dat ik even mijn professionaliteit hier verlies.”

Volgens strafrechtadvocaat Job Knoester horen emoties erbij, sterker nog: ze zijn onderdeel van het vak. Op Twitter laat hij dan ook niet na om deze te beschrijven, zodat de buitenwacht begrijpt dat het part of the job is. Zo stuurde hij een tweet in de wereld dat hij kippenvel over zijn hele lijf kreeg als gevolg van het laatste woord van zijn cliënte. Tranen toelaten daarentegen kan niet, volgens Knoester; dat is niet ethisch: “Net zo min als het ethisch is om te juichen als een cliënt wordt vrijgesproken in een moordzaak. Dat is voor mijn cliënt misschien fantastisch nieuws, maar er is nog altijd een leven verloren.”

Tot slot

Emoties zijn menselijk en dus onvermijdelijk. Ze horen ook thuis in de rechtszaal. Maar de omstandigheden maken of het tonen van emoties (juridisch) ook wordt geaccepteerd. Juist als deze emoties worden getoond door procesdeelnemers is uitleg belangrijk. De reactie van die advocaat naar aanleiding van het Urgenda-vonnis is begrijpelijk. Niemand kan hem zijn emotie kwalijk nemen. Ten aanzien van de rechter die een paar maanden geleden wegens persoonlijke omstandigheden haar emoties de vrije loop liet, knaagt het eigenlijk. Want hoe persoonlijk de persoonlijke omstandigheden ook zijn, door het gebrek aan échte uitleg, is de acceptatiegrens nog niet bereikt.

Helaas heeft Sdu besloten om per januari 2020 te stoppen met het strafrecht portfolio. Dat betekent dat er een einde komt aan het tijdperk van tijdschriften, boeken, commentaren en blogs als deze. Of dat emoties in de rechtszaal niet al genoeg zijn…