Waarom ik strafrechtadvocaat ben geworden

Waarom ik strafrechtadvocaat ben geworden
15 april 2019

Voorafgaand aan mijn zitting afgelopen vrijdag werd door iemand aan mij gevraagd in het gezelschap van mijn cliënten waarom ik strafrechtadvocaat ben geworden. Mijn antwoord was dat ik al heel lang strafrechtadvocaat wilde worden, en dat ik heel blij ben dat dat gelukt is, maar ik realiseer me dat dat geen antwoord op de vraag is. Omdat het goed is om af en toe stil te staan bij wat je doet en waarom je het doet ga ik in deze blog nader op deze vraag in.

Jong geambieerd is oud gedaan?

Van mijn moeder heb ik begrepen dat ik als jong kind al zei dat ik advocaat wilde worden. Dit kwam onder meer omdat ik programma’s als “Law and Order” keek en werd getriggerd door het pleiten in de rechtszaal. Ik meen mij te herinneren dat ik op de middelbare school enige tijd heb getwijfeld tussen het worden van rechter of advocaat, maar de laatste jaren werd het voor mij duidelijk dat ik advocaat wilde worden. Dit vanwege de combinatie van het juridisch inhoudelijke aspect en het persoonlijke contact met cliënten. Daarnaast vind ik het belangrijk dat het individu beschermd wordt tegen de vaak almachtige overheid, en dat dit meer in balans is, zeker nu die overheid steeds verdergaande bevoegdheden krijgt (denk bijvoorbeeld aan de strafbeschikking, maar ook het gebruik van dwangmiddelen).

De praktijk

Eén van mijn eerste cliënten was een man op leeftijd die werd verdacht van vernieling. Hij had een uitnodiging van de politie gekregen om voor een verhoor te verschijnen. De man was nog niet eerder met de politie in aanraking gekomen en had geen idee wat hij moest doen en de brief leverde hem veel stress op. Ik ben met hem meegegaan naar het verhoor. De zaak werd op een OM-zitting gepland maar is na een door mij ingediend schriftelijk sepotverzoek geseponeerd wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs. De man was ontzettend dankbaar. Hierdoor bleek mij al snel dat je cliënten tot steun kunt zijn en echt iets voor ze kunt betekenen als advocaat. Over de rechtsbescherming bij de OM-strafbeschikking is veel geschreven maar deze morgen las ik het heugelijke nieuws dat de intentie is van Minister Grapperhaus dat vanaf 1 oktober 2019 iedere verdachte voortaan een advocaat toegewezen krijgt indien het OM van plan is een delict als winkeldiefstal zelf af te doen. Een zeer welkome ontwikkeling.

Inmiddels ben ik ervan overtuigd dat mijn keuze voor de strafrechtadvocatuur de juiste keuze is geweest. Op voorhand had ik een beeld van wat het betekent een advocaat te zijn, dit was grotendeels gebaseerd op wat ik uit de media, mijn studie en vorige baan -als griffier bij het hof in Amsterdam- had meegekregen. Pas in de praktijk als strafrechtadvocaat heb ik ervaren dat er nog veel meer bij komt kijken en wat het betekent om advocaat te zijn. Niet in de laatste plaats het feit dat je 24/7 beschikbaar moet zijn, maar hier raakte ik snel aan gewend. De huidige tijd, met name het gebruik van Whatsapp, maakt de drempel voor cliënten om contact op te nemen met hun advocaat kleiner. Persoonlijk vind ik het een prettig communicatiemiddel omdat je kunt reageren zodra je tijd hebt en zo toch goed bereikbaar bent voor cliënten (die over een telefoon mogen beschikken).

Kleine stapjes kunnen een verschil maken

Mijn werk als advocaat (gecombineerd met mijn werk als vrijwilliger voor het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten) heeft mij meer inzicht gegeven in wat er speelt in de levens van burgers op verschillende niveaus in onze samenleving. Ik kan vooropstellen dat mijn bedje gespreid was, maar dat dit voor veel van mijn cliënten niet het geval is. Voor hen is het soms lastig een bestaan op te bouwen, bijvoorbeeld omdat zij op jonge leeftijd al kampen met forse schulden en ondanks hun inspanning, geen baan kunnen vinden (al dan niet door een strafblad). De stap naar een advocaat is voor sommigen niet vanzelfsprekend. Indien je voor strafbare feiten wordt aangehouden krijg je in veel gevallen een advocaat toegewezen. Dit geldt echter niet voor cliënten met bijvoorbeeld “alleen” een forse schuldenproblematiek. Des te dankbaarder ben ik als ze die stap “durven” zetten en ik hen enigszins op weg kan helpen, bijvoorbeeld door een betalingsregeling met het CJIB. Ook het ondersteunen bij een zienswijze bij het aanvragen van een Verklaring Omtrent Gedrag of een bezwaarschrift tegen de afwijzing daarvan kan een groot verschil voor hen maken. In een strafzaak kun je lang niet altijd een vrijspraak behalen, maar vaak is in de strafmaat wel veel te bereiken. Het zijn de kleine stapjes die soms wellicht net het verschil of het omkeerpunt zijn. Dat is wat mijn werk zo bijzonder, leuk en dankbaar maakt.

Opmerkingen