Naar de inhoud

Art. - Kwalitatieve rechten en 
verplichtingen in faillissement

Kwalitatieve rechten en verplichtingen zijn bijzondere figuren die niet altijd op waarde worden geschat.

Inleiding

Bij maar weinig juristen zal geen belletje gaan rinkelen bij het horen van de naam Blaauboer/Berlips.1 In dit standaard­arrest werd benadrukt dat contractuele verplichtingen ten aanzien van registergoederen niet van rechtswege mee overgaan op verkrijgers onder bijzondere titel. Wil men een dergelijke verplichting zakelijke werking geven, dan moet dat via een door de wet daartoe geschapen mogelijkheid. Door opname van de verplichting in een zakelijk recht bijvoorbeeld. Deze uitspraak wordt wel gezien als een van de fundamenten van de scheiding tussen het goederen- en verbintenissenrecht. Toch heeft de wetgever erkend dat de zakelijke rechten alléén misschien te weinig mogelijkheden bieden, en heeft hij onder omstandigheden ook zakelijke werking toegekend aan obligatoire figuren. In deze bijdrage ga ik in op de kenmerken van de kwalitatieve rechten en verplichtingen en de hybride positie die zij buiten faillissement innemen. Vervolgens bekijk ik wat er met hen gebeurt bij faillissement van een van de partijen.2 3

Het kwalitatieve recht

Normaal gesproken gaan de rechten uit een overeenkomst slechts de oorspronkelijke partijen bij de overeenkomst aan en gaan zij ook niet automatisch over op verkrijgers onder bijzondere titel. Is het de bedoeling dat de rechten aan anderen toekomen dan kunnen ze worden gecedeerd4, onderdeel zijn van een contractsovername5, vererven6 of worden gelegateerd. Een uitzondering op dit beginsel dat rechten alleen toekomen aan de oorspronkelijke partijen biedt de regeling van artikel 6:251 BW die bepaalt dat indien een recht aan bepaalde (cumulatieve) criteria voldoet, het wel van rechtswege mee overgaat op verkrijgers onder bijzondere titel.