De gehalten aan dioxines en PCB’s in aal in een bepaald gebied worden in opdracht van de Minister van Economische zaken onderzocht door middel van een mengmonster bestaande uit minimaal 15 niet paairijpe alen met een lengte van 53 tot en met 75 centimeter, dat representatief is voor de vangst van de beroepsvisser.
Beleidsregel gesloten gebieden voor visserij op aal en wolhandkrab [Tekst geldig vanaf 05-10-2017]
Artikel 3
Het vissen met de vistuigen aaldogger, aalfuik, aalhoekwant, aalkistje, aalzegen, ankerkuil, electrovisapparaat, peur, visfuik of de kreeftenkorf, dan wel met een ander vistuig dat hoofdzakelijk wordt gebruikt of is bestemd voor de vangst van aal of wolhandkrab, wordt in ieder geval verboden, indien in het desbetreffende gebied gedurende twee opeenvolgende kalenderjaren:
de som van dioxines en dioxineachtige PCB’s (WHO-PCDD/F-PCBTEQ) in het mengmonster hoger is dan 8,8 picogram voor WHO-PCDD/F-PCBTEQ per gram versgewicht, of
de som van PCB 28, PCB52, PCB101, PCB138, PCB153 en PCB180 (ICES – 6) in het mengmonster hoger is dan 250 nanogram voor ICES – 6 per gram versgewicht.
Het vissen met de in het eerste lid bedoelde vistuigen kan worden verboden in een gebied dat in directe open verbinding staat met een gebied waar een verbod, bedoeld in het eerste lid, is ingesteld.
Het verbod, bedoeld in het eerste lid, wordt opgeheven, indien in het desbetreffende gebied gedurende twee opeenvolgende kalenderjaren:
de som van dioxines en dioxineachtige PCB’s (WHO-PCDD/F-PCBTEQ) in het mengmonster niet hoger is dan 8,8 picogram voor WHO-PCDD/F-PCBTEQ per gram versgewicht, en
de som van PCB 28, PCB 52, PCB 101, PCB 138, PCB 153 en PCB 180 (ICES – 6) in het mengmonster niet hoger is dan 250 nanogram voor ICES – 6 per gram versgewicht.
Bij het opheffen van het verbod, bedoeld in het eerste en tweede lid, kan worden bepaald dat:
wolhandkrab gevangen in het desbetreffende gebied onmiddellijk in hetzelfde water wordt teruggezet, en
het verboden is om wolhandkrab voorhanden of in voorraad te hebben in of in de onmiddellijke nabijheid van het desbetreffende gebied.
Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Economische Zaken,