Een overnemende S&O-inhoudingsplichtige kan met een beroep op artikel 30, tweede lid, van de wet juncto artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen een omzettingsverzoek indienen bij de minister.
Beleidsregels omzetten S&O-verklaringen [Tekst geldig vanaf 01-01-2017]
Artikel 1
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
minister: Minister van Economische Zaken;
omzettingsverzoek: verzoek om één of meer S&O-verklaringen die op naam van de overdragende S&O-inhoudingsplichtige zijn afgegeven, over te dragen aan een overnemende S&O-inhoudingsplichtige;
overdragende S&O-inhoudingsplichtige: S&O-inhoudingsplichtige wiens S&O-verklaring wordt overgedragen;
overnemende S&O-inhoudingsplichtige: S&O-inhoudingsplichtige die het verzoek doet om een S&O-verklaring overgedragen te krijgen;
wet: Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen.
Artikel 3
De minister kan een omzettingsverzoek goedkeuren indien:
sinds het tijdstip van afgifte van de S&O-verklaring niet meer dan vijf jaren zijn verstreken;
de S&O-verklaring betrekking heeft op een periode vallende binnen het kalenderjaar 2016 of later;
er sprake is van:
- 1.°
een overgang onder algemene titel, zoals een fusie als bedoeld in artikel 309 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of splitsing als bedoeld in artikel 334a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek,
- 2.°
een overdracht waarbij alle rechten en plichten van de overdragende S&O-inhoudingsplichtige zijn overgegaan op een met de overdragende S&O-inhoudingsplichtige verbonden overnemende S&O-inhoudingsplichtige in de zin van artikel 10a, zevende lid, van de Wet op de loonbelasting 1964,
- 3.°
een overdracht waarbij alle speur- en ontwikkelingswerkzaamheden en, indien van toepassing, de kosten en uitgaven zijn overgegaan op een met de overdragende S&O-inhoudingsplichtige verbonden overnemende S&O-inhoudingsplichtige in de zin van artikel 10a, zevende lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, of
- 4.°
de onderneming van de overdragende S&O-inhoudingsplichtige met toepassing van artikel 3.65 van de Wet inkomstenbelasting 2001 wordt omgezet in de vorm van een door een naamloze vennootschap of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid gedreven onderneming;
- 1.°
de overnemende S&O-inhoudingsplichtige geen S&O-verklaringen heeft ontvangen die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op dezelfde periode als de periode waarop het omzettingsverzoek ziet; en
de overnemende S&O-inhoudingsplichtige kan aantonen dat hij de speur- en ontwikkelingswerkzaamheden heeft verricht en, indien van toepassing, de kosten en uitgaven heeft gerealiseerd waarvoor de S&O-verklaring is afgegeven.
Artikel 4
Een omzettingsverzoek is gemotiveerd en gaat vergezeld van de volgende gegevens:
een omschrijving en eventuele bewijsstukken van de organisatorische wijziging, bedoeld in artikel 3, onderdeel c, en
indien sprake is van een overdragende S&O-inhoudingsplichtige die nog niet is opgehouden te bestaan: een schriftelijk bewijs dat de overdragende S&O-inhoudingsplichtige instemt met het omzettingsverzoek.
De minister kan de overnemende S&O-inhoudingsplichtige om aanvullende gegevens en bescheiden vragen.
Artikel 5
De minister beslist binnen acht weken na ontvangst van het omzettingsverzoek.
De minister kan de beslissing eenmaal voor ten hoogste acht weken verdagen. Van de verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan.
Tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid is geen bezwaar of beroep mogelijk.
Artikel 6
Indien het omzettingsverzoek wordt goedgekeurd, wordt de door de overdragende S&O-inhoudingsplichtige ingediende aanvraag voor de S&O-verklaring geacht namens de overnemende S&O-inhoudingsplichtige te zijn gedaan.
Bij de beoordeling van het omzettingsverzoek wordt getoetst of de overnemende S&O-inhoudingsplichtige voor de periode waarop de over te dragen S&O-verklaring ziet, recht heeft of zou hebben gehad op:
de vermeerdering van het percentage, bedoeld in artikel 23, derde lid, van de wet, voor zover dit niet uitgaat boven de in hetzelfde lid vermelde drempel;
de forfaitaire wijze van berekening van het bedrag aan kosten en uitgaven, bedoeld in artikel 23, vierde lid, onderdeel b, van de wet, dan wel het bedrag aan kosten en uitgaven, bedoeld in artikel 23, derde lid, onderdeel b, van de wet;
het gemiddelde uurloon, bedoeld in artikel 23, vijfde lid, van de wet;
het percentage, bedoeld in artikel 23, zevende lid, eerste volzin, van de wet.
Alle rechten en plichten met betrekking tot de overgedragen S&O-verklaring, na een eventuele aanpassing als bedoeld in het tweede lid, zijn van toepassing op de overnemende S&O-inhoudingsplichtige.
Deze beleidsregels zullen met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Economische Zaken,