Naar de inhoud

Berekening brutoloon van uitgezonden werknemer met nettoloonafspraak

Samenvatting

Belanghebbende is door zijn Amerikaanse werkgever uitgezonden naar Nederland, op basis van een 'tax equalization'-afspraak, inhoudende dat het netto-inkomen van belanghebbende gelijk zou zijn aan het netto-inkomen indien hij niet zou zijn uitgezonden. De inspecteur heeft een beschikking afgegeven op grond waarvan belanghebbende de 30%-regeling mag toepassen. Belanghebbende heeft in de onderhavige periode 97 dagen gewerkt, waarvan 55 in Nederland. Over het totale aantal gewerkte dagen heeft hij een netto salaris ontvangen van € 87.388. Bij de berekening van het brutoloon is in de loonadministratie uitgegaan van het gehele nettoloon, zonder rekening te houden met de in het buitenland gewerkte dagen. Het brutoloon bedroeg volgens de jaaropgave € 59.525. In geschil voor de rechtbank en het hof is de hoogte van het belastbare inkomen. Moet eerst het totale nettoloon (€ 87.388) worden gebruteerd, onder toepassing van de jaartabel en rekening houdend met de 30%-bewijsregel, alvorens de dagenbreuk wordt toegepast (zoals de inspecteur en de staatssecretaris bepleiten)? Of moet eerst de dagenbreuk worden toegepast en daarna gebruteerd (zoals belanghebbende bepleit)?

De rechtbank (NTFR 2007/2006) en het hof (NTFR 2009/197) stellen belanghebbende in het gelijk.

De staatssecretaris gaat in cassatie.

A-G Van Ballegooijen heeft conclusie genomen. Volgens de advocaat-generaal mag Nederland van beperkt binnenlands belastingplichtigen – als werkland – op basis van het belastingverdrag tussen Nederland en Amerika slechts het arbeidsinkomen belasten dat toerekenbaar is aan de in Nederland uitgeoefende dienstbetrekking. Als dat bedrag niet rechtstreeks kan worden vastgesteld, wordt het op basis van…