Bestuurder stichting met terugwerkende kracht aansprakelijk?
Soms doet de rechter een uitspraak die op het eerste gezicht zeer logisch is, maar toch de fantasie blijft prikkelen. Een uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant1 van 5 april 2016 behoort voor mij tot die categorie. Deze uitspraak gaat over de aansprakelijkheid van een bestuurder van een stichting. De vraag die mij blijft boeien, is of een bestuurder van een lichaam met terugwerkende kracht kan worden geconfronteerd met een meldingsplicht voor betalingsonmacht en, wanneer hij deze melding niet rechtsgeldig doet, met een aansprakelijkstelling.
In deze uitspraak werd de bestuurder van een stichting aansprakelijk gesteld voor naheffingsaanslagen omzetbelasting. Nu komt het regelmatig voor dat een bestuurder van een rechtspersoon door de Belastingdienst aansprakelijk wordt gesteld. Bij bestuurders van stichtingen is dat echter minder vaak het geval. Dit komt doordat een aansprakelijkstelling zich niet bij alle stichtingen kan voordoen; slechts als de stichting is onderworpen aan de vennootschapsbelasting, kan de bestuurder te maken krijgen met een aansprakelijkstelling op grond van art. 36 Invorderingswet 1990 (hierna: IW 1990).
In de – beperkte – jurisprudentie waarbij een bestuurder van een stichting aansprakelijk wordt gesteld, is de onderworpenheid aan vennootschapsbelasting meestal een gegeven. Zo niet in deze zaak.
1. De casus
Belanghebbende is aansprakelijk gesteld voor de omzetbelastingschulden van een stichting. Deze stichting is opgericht met als doel duurzame energieproducten te ontwikkelen en te verkopen. Naar aanleiding van een boekenonderzoek werden er naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. Nadat betaling van deze naheffingsaanslagen uitbleef, is belanghebbende, bestuurder van de stichting, aansprakelijk gesteld.
2. De wet
Op basis van art. 36 IW 1990 kunnen bestuurders van bepaalde lichamen aansprakelijk worden…