BTW-compensatiefonds, voor wie van belang?
Overheidslichamen kunnen onder voorwaarden een beroep doen op het BTW-compensatiefonds. Het BTW-compensatiefonds is destijds ingevoerd om de beslissing van uitbesteden of niet door overheidslichamen minder afhankelijk te laten zijn van factoren als de btw. Maar onder welke voorwaarden bestaat er voor een overheidslichaam recht op compensatie? En wat is het belang bij het compensatiefonds voor andere partijen?
Het BTW-compensatiefonds is een fonds waaruit gemeenten en provincies onder bepaalde voorwaarden worden gecompenseerd voor de door hen betaalde btw. Indien gemeenten en provincies diensten of goederen extern inkopen, betalen zij daarover btw. In tegenstelling tot niet-overheidslichamen kunnen zij die btw vaak niet terugvorderen bij de Belastingdienst. Hierdoor worden de activiteiten van gemeenten, provincies en regionaal openbare lichamen waarbij gebruik gemaakt wordt van extern ingekochte goederen of diensten duurder. Het intern uitvoeren van de activiteiten zou hierdoor voor dergelijke overheidslichamen daarentegen eerder goedkoper zijn. Omdat dit effect ongewenst is, het werkt marktverstorend – een private aanbieder van een dienst of goederen is waarschijnlijk efficiënter en kan netto tegen lagere kosten leveren, maar valt door in rekening gebrachte btw buiten de boot – is destijds (in 2002) de Wet op het BTW-compensatiefonds ingevoerd. Deze wet voorziet in een compensatie voor overheidslichamen van de btw op ingekochte goederen of diensten. Deze kunnen zij terugvragen bij het BTW-compensatiefonds. Hierdoor zou de btw geen rol meer hoeven te spelen bij de beslissing van een overheidslichaam om een dienst extern aan te besteden of juist niet en ook zouden hierdoor ingewikkelde constructies in verband met de omzetbelasting overbodig worden.
Voorwaarden voor compensatie
Op grond van de Wet op het BTW…