Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 2 art. 25 (OR-algemeen)
Commentaar is bijgewerkt tot 02-10-2017 door prof. mr. drs. D.F.M.M. Zaman
Artikel 25 Tekst van de hele regeling
Van de bepalingen van dit boek kan slechts worden afgeweken, voor zover dat uit de wet blijkt.
A: Inleiding
Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.
B: Wetstechnische informatie
Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de wetstechnische informatie van de regeling.
C: Kernproblematiek
C.1: Dwingend recht
Artikel 2:25 BW bevat het uitgangspunt dat Boek 2 BW van dwingend recht is. Van de bepalingen van Boek 2 BW kan slechts worden afgeweken, voor zover dat uit de wet blijkt. Boek 2 BW is minder star dan men op basis van de tekst van artikel 2:25 BW zou kunnen denken. Vrij veel bepalingen in Boek 2 BW laten ruimte voor afwijking of aanvulling in de statuten. Dit volgt bijvoorbeeld uit zinsneden zoals ‘voor zover de statuten niet anders bepalen’ of ‘de statuten kunnen bepalen’ (zie hierover Meinema (2003). Artikel 2:25 BW geldt ook voor de bepalingen van het nieuwe bv-recht, dat per 1 oktober 2012 in werking is getreden. Ook daarvoor geldt dat veel bepalingen ruime mogelijkheid bieden voor afwijking van de wettelijke uitgangspunten. Rechtshandelingen (zoals besluiten van organen) of statutaire bepalingen die in strijd zijn met dwingend vennootschapsrecht, zijn in de regel nietig (artikel 2:14 BW en artikel 3:40 BW).
Het Nederlandse recht biedt mogelijkheden in sommige gevallen bij aandeelhoudersovereenkomst om dwingend vennootschapsrecht heen te contracteren (zie hierover naast Meinema ook: Ondernemingsrechtelijke contracten…