Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 7 art. 302 (Huurrecht)
Commentaar is bijgewerkt tot 27-12-2016 door prof. mr. A.W. Jongbloed
Artikel 302 Tekst van de hele regeling
Opzegging van de overeenkomst door de erfgenamen van de huurder, onderscheidenlijk zijn echtgenoot of geregistreerde partner, op de voet van artikel 229 lid 2 dient te geschieden op een termijn van tenminste zes maanden. Artikel 293 lid 2, eerste zin, en lid 3 is van toepassing.
A: Inleiding
Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.
B: Wetstechnische informatie
Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de historische informatie bij Artikel 302.
C: Kernproblematiek
In het huurrecht dat op middenstandsbedrijfsruimte betrekking heeft, gelden lange beëindigingstermijnen. Komt de huurder te overlijden en zijn de erfgenamen niet bevoegd het gehuurde in gebruik te geven aan een derde, dan kunnen problemen rijzen. Daarom heeft de wetgever voor dat geval een uitzondering gemaakt voor de erfgenamen, de echtgenoot en de geregistreerde partner. Zij kunnen conform artikel 7:293 lid 2, eerste zin, BW binnen zes maanden bij gerechtsdeurwaardersexploot of aangetekend schijven de overeenkomst opzeggen met in achtneming van een termijn van minimaal zes maanden. Deze regeling borduurt met de zojuist genoemde termijnafwijking voort op de algemene regeling van artikel 7:229 BW, welke inhoudt dat de dood van huurder of verhuurder de overeenkomst niet doet eindigen, maar wel een opzeggingsbevoegdheid creëert als de zaak niet aan een derde in gebruik mag worden gegeven. Overigens kunnen ook problemen ontstaan als de zaak wel aan een derde in gebruik mag worden gegeven. Wordt bijvoorbeeld een ambachtsbedrijf uitgeoefend, dan zal het niet altijd eenvoudig zijn een (onder)huurder te vinden. Mogelijk willen rechters dan op grond van artikel 6:248 BW (redelijkheid en billijkheid) of 6:258 BW (onvoorziene omstandigheden) ingrijpen.
Ook hier geldt de regel van artikel 7:293 lid 3 BW dat partijen een beëindigingsovereenkomst kunnen sluiten en de overeenkomst op een andere termijn beëindigen c.q. een specifieke regeling treffen.
D: Jurisprudentie uitgebreid
Bij dit artikel is nog geen belangrijke jurisprudentie aanwezig.
E: Jurisprudentie nieuw
Meest recente jurisprudentie over Burgerlijk Wetboek Boek 7 artikel 302.
F: Literatuurverwijzing
- Abas, P., Mr. C. Asser’s Handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. 5. Bijzondere overeenkomsten. Deel IIa. Huur, Deventer: Kluwer 2007, nr. 298.
- Evers, M.F.A., Huurrecht bedrijfsruimten, Deventer: Kluwer 2011, p. 105-107.
- Jonge, A.R. de, Huurrecht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2013, p. 502-503.
- Kerpestein, G.M., Huurrecht Bedrijfsruimte, Den Haag: Sdu Uitgevers 2014, p. 618-620.