Indien op de verificatievergadering geen akkoord aangeboden of indien het aangeboden akkoord verworpen of de homologatie definitief geweigerd is, verkeert de boedel van rechtswege in staat van insolventie.
Commentaar op Faillissementswet art. 173 (OR-insolventierecht)
Commentaar is bijgewerkt tot 01-10-2017 door mr. B.S.J.M. van Gangelen en mr. G.H. Gispen en mr. C.J.D. Warren
Artikel 173 Tekst van de hele regeling
De artikelen 98 en 100 houden op van toepassing te zijn, wanneer vaststaat, dat het bedrijf van de gefailleerde niet overeenkomstig de volgende artikelen zal worden voortgezet of wanneer de voortzetting wordt gestaakt.
A: Inleiding
Dit artikel bepaalt onder welke omstandigheden de staat van insolventie intreedt en onder welke omstandigheden de gefailleerde zijn uitkering ex artikel 100 Fw verliest.
B: Wetstechnische informatie
Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de wetstechnische informatie van de regeling.
C: Kernproblematiek
C.1: De staat van insolventie
Volgens de oorspronkelijke opzet van de Faillissementswet was het de bedoeling dat de verificatievergadering zeer kort na aanvang van het faillissement plaatsvindt, zie artikel 108 Fw. In de periode tot aan de verificatievergadering wordt na de boedelbeschrijving van artikel 94 Fw de staat van baten en schulden opgemaakt (zie artikel 96 Fw) en dient de curator maatregelen tot bewaring te nemen (artikel 92 Fw). In die fase kan de curator uitsluitend op de voet van artikel 101 Fw activa vervreemden. In deze opzet is de staat van insolventie dan de executoriale fase van het faillissement waarin de boedel wordt vereffend en te gelde gemaakt. De opbrengst van deze tegeldemaking dient met inachtneming van de wettelijke rangorde onder…