ECLI:NL:RBDHA:2017:6575 Rechtbank Den Haag , 07-06-2017 / AWB - 16 _ 18437
Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 16/18437
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 juni 2017 in de zaak tussen
[eiser] , geboren op [1996] , van Iraakse nationaliteit, eiser
(gemachtigde: mr. J.J. Eizenga),
en
de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder
(gemachtigde: mr. A. Peeters).
Procesverloop
Bij besluit van 16 augustus 2016 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen als ongegrond.
…Trefwoorden: Bagdad, vestigingsalternatief
Wetsartikelen: artikel 29, eerste lid, aanhef en onder b, van de Vw
Samenvatting:
Eiser is een soennitische moslim afkomstig uit Irak, niet zijnde Bagdad. In deze zaak staat ter discussie of verweerder Bagdad terecht als vestigingsalternatief voor eiser heeft aangemerkt.
Uit de informatie van de UNHCR-rapporten trekt de rechtbank de conclusie dat het sponsorvereiste niet wettelijk is gereglementeerd en willekeurig wordt toegepast. Toegangsbeperkingen zijn niet altijd duidelijk gedefinieerd, de implementatie ervan kan variëren en de toelatingsvoorwaarden zijn onderhevig aan frequente willekeurige veranderingen. De (wijziging van) toelatingseisen worden niet officieel aangekondigd. Daarbij is nog van belang dat de autoriteiten zich het recht voorbehouden om naar eigen goeddunken toegang te weigeren, ook al wordt voldaan aan alle vereisten. Eenduidige, transparante en actuele toelatingsvoorwaarden voor ontheemden ontbreken dan ook. Verder trekt de rechtbank de conclusie dat ontheemden die geen connecties in Bagdad hebben, afhankelijk zijn van de welwillendheid van andere mensen om te fungeren als sponsor. Daarbij komt dat ontheemde soennieten, vooral die afkomstig uit IS-gebied, naar het zich laat aanzien collectief worden beschouwd als een bedreiging voor de veiligheid vanwege een toegedichte associatie met IS.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat het op dit moment onzeker is dat eiser toegang kan verkrijgen tot Bagdad en dat van hem kan worden verlangd dat hij zich daar vestigt in het kader van een vestigingsalternatief.
Daarbij vindt de rechtbank van belang dat uit het UNHCR-rapport van 14 november 2016 ook blijkt dat het gebrek aan sponsoring, waar nodig, en/of het gebrek aan documentatie, waarschijnlijk leidt tot arrestatie en/of druk om terug te keren naar het gebied van herkomst. Deze informatie bevestigt eens te meer dat Bagdad voor eiser geen vestigingsalternatief kan zijn.
Eventuele opmerkingen:
Zie de uitspraken van deze rechtbank, deze zittingsplaats, van 7 juni 2017, met zaaknummers AWB 16/15501, AWB 16/16271, AWB 16/17567 en AWB 16/18437.
Gegevens
Instantie | Rechtbank Den Haag |
---|---|
Datum uitspraak | 07-06-2017 |
Datum publicatie | 20-06-2017 |
ECLI | ECLI:NL:RBDHA:2017:6575 |
Formele relaties |
|
Zaaknummer | AWB - 16 _ 18437 |
Bijzondere kenmerken | Eerste aanleg - enkelvoudig |
Rechtsgebied | Migratierecht |