JV 2001/204, CRvB 26-06-2001, , AWB 00/3097, AWB 00/2240, AWB 99/4942, AWB 99/4945, AWB 99/4941, AWB 99/4944, AWB 99/4943, 99/2399 AKW (met annotatie van PEM)
Inhoudsindicatie
KoppelingswetSamenvatting
Het met de Koppelingswet gemaakte onderscheid bij het toekennen van rechten valt binnen werkingssfeer art. 26 IVBPR. Uitgangspunt koppelingswetgeving stuit niet op bedenkingen. De gerechtvaardigdheid van de koppelingswetgeving zoals deze gestalte heeft gekregen in de AKW, gaat in ieder geval ten volle op voor gevallen waarin de vreemdeling op of na 1 juli 1998 om toelating verzoekt, maar niet, althans in de visie van de Raad niet in toereikende mate, voor diegenen die onder de tot 1 juli 1998 geldende regeling…
| Instantie | Centrale Raad van Beroep |
|---|---|
| Datum uitspraak | 26-06-2001 |
| Publicatie | JV 2001/204 (Sdu Jurisprudentie Vreemdelingenrecht), aflevering 11, 2001 |
| Annotator |
|
| Zaaknummer | AWB 00/3097, AWB 00/2240, AWB 99/4942, AWB 99/4945, AWB 99/4941, AWB 99/4944, AWB 99/4943, 99/2399 AKW |
| Rechtsgebied | Migratierecht |
| Rechters |
|
| Partijen | Sociale Verzekeringsbank (SVB), appellant, gemachtigde: mr. P.H. Visser, mr. M.A.H. van Dalen-van Bekkum, mr. C.J. Siemerink, tegen A., C., E., F., G., H., I., gedaagden, gemachtigde: mr. J.W. Bogaardt, mr. D.S. de Ploeg, mr. A. Barada, en J., K., appellanten, tegen Sociale Verzekeringsbank (SVB), gedaagde. |
| Regelgeving |
|