Kantonrechter Tilburg 26 februari 2013 (Kerkhofs), «JAR» 2013/99
Beveiliger. Lidmaatschap motorclub Satudarah. Ontbinding zonder vergoeding.
De werknemer is bij de werkgever in dienst als beveiliger. In de toepasselijke CAO en het personeelshandboek van de werkgever zijn bepalingen te vinden over het zich gedragen als een goed werknemer en waarden & ethiek. De werknemer is enkele jaren lid geweest van een Harley Davidson-motorclub en heeft dat ook uitgedragen zonder dat dat problemen gaf met zijn werk. Op enig moment heeft hij zich aangesloten bij motorclub Satudarah. Sinds september 2012 is hij “prospect” bij deze club, wat betekent dat hij bij gebleken geschiktheid volwaardig lid kan worden. De werkgever heeft via een anonieme tip over de betrokkenheid van de werknemer bij Satudarah gehoord. De werkgever wil dat de werknemer een keuze maakt tussen voortzetting van zijn dienstverband en lidmaatschap van Satudarah. De werknemer weigert dat. De werkgever vraagt daarom nu ontbinding.
De kantonrechter is van oordeel dat, voor zover het ontbindingsverzoek tevens is gegrond op disfunctioneren, dit onvoldoende is komen vast te staan. Het lidmaatschap van Satudarah vormt echter voldoende grond voor ontbinding. Als beveiliger moeten zowel de werkgever als de opdrachtgever onvoorwaardelijk en blindelings op de werknemer kunnen vertrouwen. Dit is onverenigbaar met het lidmaatschap van, althans de betrokkenheid bij, een motorclub waarvan inmiddels meerdere malen is vastgesteld dat leden daarvan zich bezig houden met criminele activiteiten en daarvoor ook al door de strafrechter zijn veroordeeld. De kantonrechter wil wel aannemen dat de werknemer op de werkvloer zijn betrokkenheid bij Satudarah niet uitdraagt en dat hij zich niet bezig wenst te houden met criminele activiteiten, maar het is nu eenmaal zo dat Satudarah daarmee geassocieerd wordt. De kantonrechter heeft zijn oordeel al ter zitting aan de werknemer voorgehouden, maar die is bij zijn standpunt gebleven. Derhalve wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. Aan de werknemer komt geen vergoeding toe, nu de werkgever geen verwijt kan worden gemaakt van de ontbindingsgrond. Wel wordt ontbonden op een iets ruimere termijn dan gebruikelijk, zodat de werknemer voldoende kans heeft naar ander werk om te zien. (NB. Het combineren van ongebruikelijke privé-activiteiten met werk wordt veelal wel toegestaan als deze activiteiten niet de strafrechtelijke sfeer raken, zoals het optreden als stripper («JAR» 2013/76) of het maken van een erotische film («JAR» 2011/80). Raken de activiteiten de strafrechtelijke sfeer, dan is dit anders: «JAR» 2012/118 (raamprostitutie).)