Over horizontaal toezicht en het herformuleren van de doelstelling
In deze bijdrage ga ik nader in op enkele ontwikkelingen van horizontaal toezicht. Hierbij beschouw ik deze ontwikkelingen in het licht van de oorspronkelijke (kennelijke) doelstelling van deze toezichtsvorm. Hiertoe bespreek ik in paragraaf 1 die oorspronkelijke doelstelling van horizontaal toezicht. In paragraaf 2 ga ik nader in op enkele ontwikkelingen rond de kwaliteitseisen voor deelname aan horizontaal toezicht. Het capaciteitsbeslag van het vooroverleg en het opzetten en onderhouden van een Tax Control Framework komt in paragraaf 3 aan de orde. In paragraaf 4 constateer ik dat er kennelijk ‘gaande het traject’ nieuwe doelstellingen zijn geformuleerd. In paragraaf 5 bespreek ik de (on)wenselijkheid hiervan. In paragraaf 6 ga ik kort in op de mogelijkheid van de invoering van een systeem van afdracht op aangifte in de inkomsten- en vennootschapsbelasting als mogelijke oplossing om recht te doen aan de oorspronkelijke doelstelling van horizontaal toezicht. Ik sluit af met enkele conclusies.
1. De oorspronkelijke doelstelling van horizontaal toezicht in de fiscaliteit
De staatssecretaris van Financiën heeft voor het eerst gesproken over horizontaal toezicht1 in een brief aan de Tweede Kamer in het kader van de zogenoemde Vinkenslagaffaire.2 Het ging hierbij om een op zichzelf lovenswaardige poging van de Belastingdienst een einde te maken aan een van de fiscale vrijplaatsen in Nederland, te weten het woonwagenkamp Vinkenslag. Daartoe werden echter voor de betrokkenen profijtelijke contra legem afspraken gemaakt die de Belastingdienst op zeer forse kritiek van onder meer de Tweede Kamer kwamen te staan. In de brief aan de Tweede Kamer ging de toenmalige staatssecretaris in op het bestaan van fiscale vrijplaatsen en het tegengaan van contra legem afspraken. Bij de beschrijving van…