Naar de inhoud

Tegelen, hoe een Limburgs dorp onsterfelijk werd

Vindplaats

In de rechtspraak worden grote en kleine zaken berecht, die vaak nauw verbonden zijn met de plaats van handeling. In de rubriek ‘De Vindplaats’ keren leden van onze redactie of gastschrijvers terug naar de plaats van handeling in een soms meer, soms minder geruchtmakende zaak. Foto’s tonen de vindplaats en een toelichting memoreert de uitspraak.

TREMA201704-HHLINBURG
Foto: Siebe Swart luchtfotografie/Hollandse Hoogte

Tegelen was tot 2001 een zelfstandige gemeente in Limburg, net onder Venlo. Gelegen aan de Maas was het dorp al honderden jaren geleden gesticht. Het dorp ontleent de naam hoogstwaarschijnlijk aan het Latijnse woord ‘tegula’ (dakpan). Niet vreemd, omdat met de zware klei waar het dorp op is gebouwd veel dakpannen en bakstenen konden worden gebakken. Overigens is die klei niet afkomstig van de Maas, maar van afzettingen uit de Rijn die nog veel vroeger (in het pleistoceen) veel westelijker lag dan nu. Die bakstenen en dakpannen doen vermoeden dat er in en om Tegelen veel is gebouwd. Dat klopt. Maar weinigen konden vermoeden dat de bouw van een kelder in de klei van Tegelen zou leiden tot een reeks van uitspraken in het omgevingsrecht die bekendstaan als de Tegelen-jurisprudentie. Een jurisprudentielijn die menig advocaat doet huiveren. Deze jurisprudentielijn is ontstaan ten tijde van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO met hoofdletters) en is, ondanks de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), nog steeds van toepassing.

Terugkomend van een verblijf in Zuid-Limburg kwam ik via de A73 al snel in Tegelen aan. Onderdeel van…