Vrijwilligers Jan-Willem en Alexander over de IMC-weekendschool
Veel leerlingen uit groep 7, 8 of de brugklas moeten er niet aan denken om ook nog eens in het weekend naar school te gaan. Krijg ze maar eens uit bed op een reguliere schooldag. Dat geldt echter niet voor de leerlingen van de IMC-weekendschool, die ook op zondag vrijwillig naar school gaan. Waarom? Om hun horizon te verbreden, nieuwe vaardigheden te leren en erachter te komen wat ze echt willen en waar de kansen liggen. Iets wat van huis uit niet vanzelfsprekend is.
Twee Sdu’ers zetten zich met passie en motivatie in voor het initiatief en daar zijn we erg trots op. Jan-Willem de Koning, Senior Service Delivery Manager en Alexander den Engelsman, IT Security Officer, vertellen meer over de IMC-weekendschool.
Vertel, wat is de IMC-weekendschool precies?
Jan-Willem: ‘Het is een stichting maar ook een officiële school. Er zijn een stuk of twintig locaties in Nederland. Ze richten zich op kinderen uit groep 7, 8 en de brugklas. Het doel is dat deze jongeren zich kunnen inzetten om hun dromen waar te maken, iets wat van huis uit minder makkelijk gaat of niet zo vanzelfsprekend is.
Op deze manier komen ze in aanraking met onderwerpen en vakgebieden waar ze normaal niet mee in aanraking komen. Het is geen rekenen en taal maar architectuur, sterrenkunde, archeologie, om eens wat te noemen.’
Alexander: ‘Het zijn heel intelligentie kinderen die door bepaalde omstandigheden vaak onder hun niveau presteren. Terwijl er juist zoveel in hun mars zit. Maar als je ouders bijvoorbeeld de taal niet spreken en dus ook niet goed weten welke mogelijkheden er zijn, dan loop je achter. En dat kan allemaal redenen hebben, maar daarom is dit dus een mooi en zeker ook waardevol initiatief!’
Hoe zijn jullie zelf betrokken geraakt bij de IMC-weekendschool?
Jan-Willem: ‘Een jaar of 8, 9 geleden werd ik benaderd om een gastles te komen geven. We waren toen al sponsor en ze zochten iemand voor een lesje politiek. Sdu maakt de Rijksbegroting dus heb ik daar meer over verteld en de kinderen zelf ook aan de slag laten gaan. Wat als zij nou de touwtjes in handen zouden hebben? Dat was hartstikke leuk! Dat was niet als vrijwilliger, maar dat ben ik na die ervaring wel geworden. Dat vind ik ook juist het leukste onderdeel, lekker met die kinderen op pad gaan.’
Alexander: ‘Het heeft denk ik een beetje te maken met mijn achtergrond. Ik ben namelijk geadopteerd en daarom ben ik me extra bewust van de verschillen in kansen. Ik heb heel veel geluk gehad, terwijl ik eigenlijk ben geboren in een situatie waarin en feitelijk nul kansen had.
Bij elke opdrachtgever probeer ik altijd vrijwilligerswerk te doen. Inmiddels ben ik nu een paar keer bij de IMC-weekendschool geweest, maar ik heb veel ervaring als trainer en coach bij een voelbalclub in Badhoevedorp. Daar komen ook veel kinderen uit wijken zoals Osdorp en dan zie je gewoon dat er echt sprake is van kansenongelijkheid, terwijl het vaak intelligente jongens zijn.’
Kunnen jullie een mooie anekdote delen?
Alexander: ‘Ik ben voornamelijk gewoon echt onder de indruk van deze kinderen. Het alumninetwerk is ook echt inspirerend. Oud-leerlingen van de IMC-weekendschool delen dan hun ervaringen, gewoon vrijwillig op een zaterdag of zondag. Toen ik 17 was wilde ik gewoon gaan stappen met m'n vrienden maar zij offeren hun tijd op om anderen te motiveren.’
Jan-Willem: ‘Wat recentelijk indruk op mij heeft gemaakt was een gesprek over een heel heftig onderwerp, zelfdoding. Er worden onderling vaak foute grappen gemaakt en ik ving toevallig iets op, één van de jongens deed geinig over zelfmoord. Toen ik dat hoorde, greep ik gelijk in om aan te geven dat dat een heel ernstig onderwerp is waar je gewoon geen grapjes over kunt maken. Toen haakte één van de jongens daarop aan en vertelde dat de beste vriendin van zijn zus zelfmoord had gepleegd en dat dat best wel heftig was, om zo van dichtbij mee te maken. En opeens werd er niet meer ‘stoer’ gedaan bij deze groep jongens maar kwam er een heel serieus gesprek op gang over dit onderwerp.
Maar zo serieus is het natuurlijk niet vaak. We lachen gelukkig ook veel met de leerlingen!’