Naar de inhoud

Belastingverdrag met India; toepassing meestbegunstigingsclausule

Samenvatting

In het belastingverdrag met India zijn meestbegunstigingsclausules opgenomen. Dit besluit geeft de gevolgen weer van het lidmaatschap van de OESO van Slovenië voor de toepassing hiervan. Verder is dit besluit een samenvoeging en actualisering van eerdere beleidsbesluiten over de gevolgen van de meestbegunstigingsclausules.

Nieuwe regelgeving

Dit besluit geeft de gevolgen weer van de toetreding van Slovenië tot de OESO voor de toepassing van de meestbegunstigingsclausule in het belastingverdrag met India. Verder is van de gelegenheid gebruik gemaakt om te komen tot een samenvoeging en actualisering van eerdere beleidsbesluiten hierover. De navolgende elementen zijn ontleend aan het besluit.

  • In het verdrag met India is een meestbegunstigingsclausule opgenomen met betrekking tot een beperking van de aftrek van hoofdkantoorkosten door een vaste inrichting op grond van de nationale wetgeving van de staat waarin de vaste inrichting is gevestigd. Aan deze clausule in art. 7 van het verdrag komt geen automatische werking toe.

  • Het verdrag bevat een meestbegunstigingsclausule met betrekking tot de bronheffingen van de art. 10, 11 en 12. Deze ziet op de door India met andere OESO-landen gesloten verdragen. In het verdrag tussen India en Slovenië is een tarief voor deelnemingsdividenden opgenomen van 5% bij een belang van 10%. Als gevolg van de toetreding van Slovenië tot de OESO is dit tarief met ingang van 21 juni 2010 ook van toepassing voor het verdrag tussen Nederland en India. Voor portfoliodividenden blijft een tarief van 10% gelden (ontleend aan het verdrag tussen India en Duitsland).

  • De meestbegunstigingsclausule heeft ook gevolgen voor de toepassing van art. 11 (interest) en art. 12 (royalty’s). De relevante leden van deze artikelen, …