Heeft de schuldeiser bij voorbaat zijn toestemming tot een schuldoverneming gegeven, dan vindt de overgang plaats, zodra de schuldenaar tot overeenstemming is gekomen met de derde en partijen de schuldeiser schriftelijk van de overneming kennis hebben gegeven.
Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 6 art. 156 (Letselschade) en (Vermogensrecht)
Commentaar is bijgewerkt tot 14-11-2016 door mr. T.G.G. Raijmakers
Artikel 156 Tekst van de hele regeling
De schuldeiser kan een bij voorbaat gegeven toestemming niet herroepen, tenzij hij zich de bevoegdheid daartoe bij de toestemming heeft voorbehouden.
A: Inleiding
Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.
B: Wetstechnische informatie
Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de historische informatie bij Artikel 156.
C: Kernproblematiek
C.1: Werking van de schuldoverneming in geval van toestemming vooraf
De toestemming van de schuldeiser voor de schuldoverneming kan ingevolge het eerste lid van artikel 6:156 BW ook reeds vooraf worden gegeven. Voor het moment van werking van de schuldoverneming tussen de schuldenaar en de overnemer heeft dit geen gevolgen: die werkt immers al vanaf het moment dat partijen die zijn overeengekomen. In relatie tot het bepaalde in artikel 6:155 BW, waarin te lezen valt dat de overgang van de schuld door de kennisgeving plaatsvindt, moet de regeling aldus zo worden opgevat dat tussen de oude en de nieuwe schuldenaar de schuld overgaat door hun wilsovereenstemming, terwijl de overneming jegens de schuldeiser werking krijgt door de schriftelijke kennisgeving van de schuldenaar en de derde.
C.2: Schriftelijkheidsvereiste
De schuldeiser dient aan de schuldenaar toestemming te verlenen tot de schuldoverneming. Deze toestemming kan ingevolge artikel 6:155 BW ook vooraf gegeven worden. Hoewel de toestemming vormvrij is, geldt dit niet voor de kennisgeving van de schuldoverneming door de oude en de nieuw schuldenaar: die dient in beginsel schriftelijk plaats te vinden (Parl. Gesch. Boek 6, p. 579). Indien evenwel niet aan dit schriftelijkheidsvereiste is voldaan, kan de schuldeiser achteraf alsnog uitdrukkelijk of stilzwijgend zijn toestemming verlenen, waardoor de schuldoverneming toch tot stand komt.
C.3: Onherroepelijkheid
De vooraf door de schuldeiser gegeven toestemming is in beginsel onherroepelijk (Asser/Hartkamp & Sieburgh 6-II 2013/300, Van Achterberg (1999) p. 61). Bij het geven van de toestemming kan de schuldeiser zich echter het recht tot herroeping voorbehouden (Parl. Gesch. Boek 6, p. 579). De toestemming kan in ieder geval niet meer worden herroepen nadat de kennisgeving van de schuldoverneming is gedaan. Onder omstandigheden kan het herroepen van toestemming door de schuldeiser ook in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid (Van Achterberg (1999), nr. 52).
C.4: Toestemming vooraf in algemene voorwaarden
De bepaling in algemene voorwaarden, waarbij de wederpartij van de gebruiker van deze algemene voorwaarden bij voorbaat toestemming geeft voor schuldoverneming, is aangemerkt als onredelijk bezwarend jegens consumenten ingevolge artikel 6:236 sub e BW. Een dergelijk beding in algemene voorwaarden kan door consumenten op grond van artikel 6:233 sub a BW worden vernietigd.
D: Jurisprudentie uitgebreid
Bij dit artikel is nog geen belangrijke jurisprudentie aanwezig.
E: Jurisprudentie nieuw
Meest recente jurisprudentie over Burgerlijk Wetboek Boek 6 artikel 156.
F: Literatuurverwijzing
- Achterberg, M.P. van, Overgang van vorderingen en schulden en afstand van vorderingen, Deventer: Kluwer 1999.
- Hartkamp, A.S. en C.H. Sieburgh, Mr. C. Assers Handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. 6. Verbintenissenrecht. Deel II. De verbintenis in het algemeen, tweede gedeelte, Deventer: Kluwer 2013.
- Verhoeven, J.J., Schuldoverneming: ee n vergelijking van de schuldoverneming met de passieve schuldvernieuwing (diss.Groningen), Deventer: Kluwer 2002.
- Wibier, R.M., Overgang van vorderingen en schulden en afstand van vorderingen, Monografie Nieuw BW B44, Deventer: Kluwer 2009.
- Zeben, C.J. van, J.W. du Pon en M.M. Olthof, Parlementaire Geschiedenis van het nieuwe burgerlijk wetboek. Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht, Deventer: Kluwer 1981.