Naar de inhoud

Commentaar op Vreemdelingenbesluit 2000 art. 3.40 (Migratierecht)


Commentaar is bijgewerkt tot 09-04-2017 door mr. H.W. Groeneweg

Artikel 3.40 Tekst van de hele regeling

1.

De verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd kan worden verleend onder een beperking verband houdend met verblijf als niet-geprivilegieerd militair of niet-geprivilegieerd burgerpersoneel aan:

  1. de militair die in Nederland woonachtig is en die niet behoort tot een in Nederland gelegerde of op doortocht zijnde krijgsmacht en evenmin verbonden is aan een hier te lande gevestigd internationaal militair hoofdkwartier en niet geprivilegieerd is;

  2. de vreemdeling die behoort tot het burgerpersoneel, die in Nederland woont en die in dienst is van een krijgsmacht of van een internationaal militair hoofdkwartier.

2.

De aanvraag wordt niet afgewezen op de grond, bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel k, van de Wet.

A: Inleiding

Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.

B: Wetstechnische informatie

Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de wetstechnische informatie van de regeling.

C: Kernproblematiek

In dit artikel is de verblijfsvergunning voor verblijf als niet-geprivilegieerd militair of niet-geprivilegieerd burgerpersoneel geregeld. Zie voor deze beperking artikel 3.4, aanhef en onder k Vb 2000. Verwezen zij voorts naar het het commentaar Wav, in het bijzonder op artikel 1, lid 1, aanhef en onder h, Besluit uitvoering Wav.

Zie voor het al dan niet tijdelijk karakter van het verblijf als niet-geprivilegieerd militair of niet-geprivilegieerd burgerpersoneel artikel 3.5, lid 3 Vb 2000. Zie voor de beleidsregels paragraaf B5/4 Vc 2000.

In de toelichting op het Besluit van 24 juli 2010, waarbij…