Naar de inhoud

De inschakeling van de bijzondere curator bij de afwikkeling van nalatenschappen

1. Inleiding

In 2012 is in het WPNR een verkennend onderzoek van de heer Ter Haar gepubliceerd naar de effectiviteit en relevantie van het toezicht op vermogensbeheer bij minderjarigen, in het kader van bepaalde erfrechtelijke verkrijgingen.2 Geconstateerd wordt dat er een gebrek is aan toezicht op het bewind van wettelijke vertegenwoordigers op dit gebied. In aanvulling hierop is recentelijk een artikel van Ter Haar verschenen waarin hij enkele suggesties opwerpt, met name gericht op de rol van de kantonrechter en de notaris, ter verbetering van dit toezicht.3 Deze (overigens interessante) suggesties worden in deze bijdrage onbesproken gelaten. Besproken wordt namelijk een andere suggestie: de inschakeling van de bijzondere curator om de belangen van de minderjarige in deze te behartigen. De weinig rooskleurige conclusie van de bijdrage van Ter Haar is voor mij de aanleiding geweest om, in het kader van mijn masterscriptie, nader onderzoek te verrichten naar de rol die deze rechtsfiguur hier zou kunnen vervullen.4 Het doel van het onderzoek was tweeledig. Door middel van een enquête, uitgezet onder praktijkjuristen in het erfrecht, is ten eerste getoetst hoe het idee van een verplichte inschakeling van de bijzondere curator in de praktijk wordt ontvangen en ten tweede hoe de rol van de bijzondere curator nader ingevuld zou kunnen worden. De resultaten van deze enquête worden voor een groot gedeelte weergegeven. Vervolgens wordt een voorstel gedaan voor een wettelijk verplichte benoeming van de bijzondere curator bij nalatenschappen waarin minderjarigen een belang hebben.5 Voor een goed begrip van dit voorstel wordt allereerst kort ingegaan op deze rechtsfiguur.

2. De bijzondere curator

De bijzondere curator kan een minderjarige zowel in als…