Naar de inhoud

De raadgevende stem van bestuurders en commissarissen

Samenvatting

Bespreking van een vonnis dat twee aspecten belicht: enerzijds het ontslag van de statutair directeur en anderzijds de raadgevende stem van de bestuurder als bedoeld in art. 2:227 lid 4 BW. In casu is het adviesrecht van de bestuurder geschonden, hetgeen met zich meebrengt dat het ontslagbesluit van de statutair directeur vernietigbaar is. Volgens schrijver moet de notaris hierop letten wanneer hij te maken krijgt met een besluit van de algemene vergadering van aandeelhouders van een vennootschap waarvan de directeur een ander is dan de (enig) aandeelhouder. Een uitbreiding van de onderzoeksplicht van de notaris derhalve.

Tekst

In artikel 2:227 lid 4 BW is voor de BV (in artikel 2:117 lid 4 BW voor de NV) bepaald dat de bestuurders en de commissarissen als zodanig een raadgevende stem hebben in de algemene vergadering. Alvorens in te gaan op de betekenis van deze bepaling in het algemeen voor de notariële praktijk, zal eerst behandeld worden de aanleiding van deze bijdrage, te weten het vonnis van de president van de Rechtbank Amsterdam van 20 juni 1996.

De casus is als volgt. Statutair directeur Jongbloed wordt als zodanig ontslagen bij besluit van de algemene vergadering van Van Duijnen Automaten BV van 29 januari 1996, dat wordt bekrachtigd bij besluit van 7 februari 1996. Jongbloed is ter zake van beide besluiten niet geraadpleegd, zoals is voorgeschreven in artikel 2:227 lid 4 BW.

De president geeft als ratio van deze bepaling het feit dat de bestuurders in de gelegenheid dienen te worden gesteld van hun visie te doen blijken, zodat de aandeelhouders daarmee bij hun stemgedrag rekening kunnen houden. …