Naar de inhoud

Deelname aan het economische verkeer

Als een natuurlijke persoon of rechtspersoon een onderneming drijft, worden de voordelen uit die onderneming belast met inkomsten- resp. vennootschapsbelasting. De definitie van het begrip onderneming treft men niet aan in de Wet IB 2001 of Wet VPB 1969. Toch bestaat er consensus over het begrip onderneming.2 Van het drijven van een onderneming is sprake als door een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid (de eerste eis) wordt deelgenomen aan het economische verkeer (de tweede eis) met het oogmerk daarmee winst te behalen, welke winst ook redelijkerwijs te verwachten valt (de derde eis). Hierna ga ik nader in op de tweede eis (deelname aan het economische verkeer).

Natuurlijke persoon

In mijn proefschrift Winstgemis schreef ik (met weglating van voetnoten):3

‘In de literatuur wordt het criterium ‘deelname aan het economische verkeer’ gebruikt om de onbelastbaarheid te verklaren van voordelen (d.w.z. een besparing op consumptieve uitgaven) die een ondernemer geniet door zijn persoonlijke vaardigheid in de privésfeer aan te wenden. In de literatuur worden als voorbeelden genoemd: de arts die zijn eigen vrouw behandelt, de kapper die zijn kinderen knipt en de architect die voor zichzelf een huis tekent. Omdat de ondernemer niet deelneemt aan het economische verkeer hoeft hij zijn winst niet te verhogen met een fictieve beloning aan zichzelf.’

Het criterium deelname aan het economische verkeer vormt de uitdrukking van de eerbiediging van de privésfeer.4 Het criterium dient niet om te bepalen of er wel of geen onderneming is (de aanwezigheid van de onderneming staat niet ter discussie); het dient om te bepalen of voordelen aan de…