Naar de inhoud

Geen omkering bewijslast omdat aanmaning naar verkeerde adres is gestuurd

Samenvatting

Op 19 april 2012 heeft belanghebbende de Belastingdienst verzocht om het toezendadres voor correspondentie te veranderen in zijn kantooradres. In juli en augustus 2013 is belanghebbende herinnerd en aangemaand tot het doen van aangifte IB 2011. De herinnering en aanmaning zijn naar het huisadres van belanghebbende gestuurd. Omdat belanghebbende geen aangifte indient, legt de inspecteur hem ambtshalve een aanslag op, alsmede een verzuimboete. In geschil is onder meer de omkering van de bewijslast en de hoogte van het inkomen.

De rechtbank begrijpt uit de stellingen van belanghebbende dat hij noch de herinnering, noch de aanmaning heeft ontvangen. De rechtbank is van oordeel dat deze stukken naar het verkeerde adres zijn gestuurd. Dat dit onjuiste adres het woonadres van belanghebbende is, doet daaraan niet af. Dit heeft tot gevolg dat de aanmaning niet tot stand is gekomen. Belanghebbende kan niet worden verweten dat hij niet binnen de aangemaande termijn aangifte heeft gedaan. Er is geen reden voor omkering van de bewijslast en de boete is ten onrechte opgelegd.

De rechtbank oordeelt vervolgens dat er onvoldoende bewijs is voor de door de inspecteur vastgestelde hoogte van het inkomen. De rechtbank wijst de zaak terug naar de inspecteur om opnieuw uitspraak op bezwaar te doen.

(Beroep gegrond.)

Commentaar

Indien een belastingplichtige ondanks de uitnodiging, de herinnering en de aanmaning daartoe geen aangifte doet, heeft dit de omkering van de bewijslast tot gevolg. Belastingplichtige stelt dat hij de herinnering en de aanmaning van respectievelijk 19 juli 2013 en 22 augustus 2013 niet heeft ontvangen. Uit de uitspraak blijkt dat de herinnering en de aanmaning zijn verzonden naar het huisadres van belastingplichtige. Bij brief van…