IFRS 13 voor vastgoed
IFRS 13 definieert reële waarde (‘fair value’), geeft een raamwerk voor het meten van de reële waarde en geeft de gerelateerde toelichtingsvereisten. IFRS 13 geeft geen nieuwe vereisten voor de toepassing van reële waarde. Het geeft richting aan hoe reële waarde moet worden bepaald en toegelicht, wanneer reële waarde moet worden toegepast volgens een andere standaard. Het vervangt soms ook inconsistente toepassing in bestaande standaarden. IFRS 13 heeft een toepassingsdatum van 1 januari 2013. De standaard kan eerder worden toegepast. De toepassing is prospectief, hetgeen betekent dat vergelijkende cijfers en toelichtingen niet hoeven te worden aangepast.
Algemene principes en definitie
Centraal in IFRS 13 is de definitie van reële waarde. In IFRS 13 wordt de reële waarde gedefinieerd als de prijs die zou worden ontvangen bij de verkoop van een actief of zou moeten worden betaald bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. Deze prijs is dus een exit prijs; de prijs die wordt ontvangen bij verkoop van een actief. Het is niet het bedrag dat moet worden opgeofferd bij het verkrijgen van een actief.
De definitie veronderstelt een hypothetische transactie. Ook een onderneming die de intentie heeft om een actief te gebruiken in plaats van te verkopen, bepaalt de reële waarde op basis van een hypothetische verkoopprijs.
Reële waarde neemt de karakteristieken van een actief in beschouwing die door een marktpartij zouden worden meegenomen in de afwegingen. Het gebruik ervan door de onderneming die het actief in eigendom heeft of de plannen van deze onderneming zijn niet relevant.
Voor vastgoedbeleggers zou IFRS 13 invloed kunnen hebben op de wijze waarop de reële waarde wordt bepaald…