Naar de inhoud

Omzetting oud stamrecht in tijdelijke nabestaandenlijfrente

Samenvatting

De staatssecretaris keurt in dit besluit goed dat een art.19 IB (oud)- of art.44j IB (oud) stamrecht wordt omgezet in een tijdelijke nabestaandenlijfrente. De goedkeuring geldt zowel voor situaties waarin is geopteerd voor toepassing van het regime van de Brede Herwaardering als voor situaties waarin niet is geopteerd voor dit regime. Voor de gevallen waarin niet is geopteerd worden nadere voorwaarden gesteld.

Nieuwe regelgeving

De plaatsvervangend directeur-generaal der Belastingen heeft namens de staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Inleiding

In het besluit van 15 november 1993, nr. DB93/4658M, V-N 1994, blz.159, punt 16, wordt goedgekeurd dat de sanctie van artikel 23a (oud) van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: wet VPB) dan wel de sanctie van artikel 59a (oud) van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 (hierna: wet IB) achterwege kan blijven bij omzetting van een levenslang stamrecht dat is bedongen met toepassing van artikel 19 (oud) of artikel 44j (oud) van de wet IB in een tijdelijke oudedags- en/of overbruggings- lijfrente als bedoeld in artikel 45, eerste lid, onderdeel g, ten derde en ten vierde van de wet IB. Het betreft een omzetting waarbij een beroep wordt gedaan op toepassing van het wettelijke regime zoals dat luidt vanaf 1 januari 1992. In het besluit van 20 november 1998, nr. DB98/1551M, BNB1999/14, wordt een goedkeuring verleend voor het achterwege laten van de hiervoor genoemde sanctie- bepalingen bij de omzetting van dergelijke stamrechten terwijl het voor…