Naar de inhoud

Privatieve last en economische eigendom (1995.2250)

Houdt een lastgeving in dat de lasthebber in eigen naam een aan de lastgever toekomend recht mag uitoefenen met uitsluiting van de lastgever, dan werkt een dergelijke uitsluiting ook tegen derden en is er sprake van een privatieve last (art. 7:423 BW).

Onderzocht wordt of de privatieve last ook bij een economische eigendomsoverdracht kan worden overeengekomen. Schrijver geeft daartoe eerst een analyse van de privatieve last en bespreekt vergelijkbare figuren. Ingegaan wordt op de praktische verschillen tussen de.onherroepelijke volmacht en de privatieve last. De vraag wordt opgeworpen of bij een economische eigendomsoverdracht de privatieve last tot het verrichten van rechtshandelingen met betrekking tot het registergoed door de economische eigenaar met uitsluiting van de juridische eigenaar kan worden overeengekomen. Schrijver beantwoordt deze vraag ontkennend. Argumenten hiervoor zijn volgens De Groot: 1. de privatieve last wordt ingesteld in het belang van de eigenaar (eventueel van de bewindvoerder). Bij economische eigendom is er slechts het belang van de economische eigenaar; 2. het geringe maatschappelijke nut van de economische eigendom.

De Groot adviseert middels overdracht van een klein aandeel in het registergoed een zakenrechtelijke gemeenschap te maken waarbinnen een vergaande beheersregeling kan worden afgesproken.

J.J.A. de Groot

WPNR 1995/6180 blz. 314 en WPNR 1995/6181 blz. 328

Wetgeving
Jurisprudentie
Officiële publicaties
Europese regelgeving
Soort nieuwsLiteratuur
Publicatiedatum11-05-2009
Nummer1995/0229