Proefschrift
Drie stellingen
Yael Diamant “De Collateral Richtlijn”. Een handelseditie van het proefschrift is verschenen bij Kluwer in de serie Recht en Praktijk, Financieel Recht (FR12).
Promotoren: prof. mr. R.M. Wibier en prof. mr. V. Mak
Promotie op 21 januari 2015 aan Tilburg University
Inleiding
Richtlijn 2002/47/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 juni 2002 betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten (hierna: de ‘Collateral Richtlijn’) gaat over zekerheid op giraal geld, (girale) effecten (zoals aandelen en obligaties) en kredietvorderingen.1 Giraal geld en (girale) effecten (hierna tezamen ook: ‘girale activa’) die als zekerheid worden verschaft, worden in de praktijk ook wel aangeduid als ‘collateral’, een term die als de ‘onderpand’ zou kunnen worden vertaald.
De Collateral Richtlijn maakt een onderscheid tussen beperkte zekerheidsrechten en de overdracht tot zekerheid. Zij regelt de vestiging en uitwinning van beperkte zekerheidsrechten op girale activa en kredietvorderingen (art. 1, 3 en 4), de bevoegdheden van de beperkt zekerheidsgerechtigde met betrekking tot het onderpand (art. 5) en de overdracht tot zekerheid als bijzonder ‘zekerheidsrecht’ (art. 6).
Na implementatie van de Collateral Richtlijn in het (goederen)recht van de - inmiddels - achtentwintig Europese lidstaten, zou er op het door de richtlijn bestreken terrein sprake moeten zijn van geharmoniseerd goederenrecht. In hoeverre daarvan sprake is, is de centrale vraagstelling van mijn proefschrift.
Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden, heb ik de implementatie van vier verschillende onderdelen van de Collateral Richtlijn - het formaliteitenverbod, het controlevereiste, het…