Rechten van cliënten geschonden onder het mom van goede zorg ofwel het belang van het begrip wilsbekwaamheid
Zelfbeschikkingsrecht is geregeld in de Grondwet. Het geeft mensen maximaal de ruimte om hun eigen leven te leiden zonder ongewenste bemoeienis van anderen. Ook de wetgeving rond de zorg respecteert dit zelfbeschikkingsrecht.
De wetgever omschrijft zorg als een aanbod en de cliënt/patiënt als degene die beslist. (WGBO: art. 7:450 BW: informed consent). Gedwongen zorg kan alleen plaatsvinden in het kader van de Bopz en straks de Wet zorg en dwang en de Wet verplichte ggz.
Daar waar de cliënt niet in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake, met andere woorden: voor die keuzes waarvoor de cliënt wilsonbekwaam is, regelt de wetgever dat de cliënt recht heeft op een vertegenwoordiger die zijn belangen behartigt. (WGBO: art. 7:465 BW: vertegenwoordiging).
Als wilsonbekwaamheid ter zake niet is vastgesteld, heeft de cliënt zelfbeschikkingsrecht.
Wilsbekwaamheid
Een definitie van het begrip wilsbekwaamheid is niet in de relevante wetgeving te vinden maar wel in de literatuur (Biesaart e.a. 1997):
“De cliënt is wilsbekwaam als hij in staat is om op basis van voldoende relevante informatie, afgestemd op zijn begripsvermogen, een beslissing te nemen over een bepaald onderwerp. Hij overziet de aard en de gevolgen van de beslissing.”
Wilsbekwaamheid gaat dus over het begrijpen van de informatie, overzien van de voordelen en nadelen, het wegen van de voor- en nadelen bij de besluitvorming en het toepassen van de voor- en nadelen op de eigen situatie. Het gaat dus om de vaardigheid van het nemen van de beslissing: beslissingsvaardigheid. Anders gezegd, het gaat om een procesdefinitie…