Naar de inhoud

Sign. - Eigen aangifte faillissement

Wil een verzoek ex art. 1 Fw kunnen worden toegewezen, dan hoeft niet aannemelijk te zijn dat er voldoende baten aanwezig zijn of zullen zijn om (ten minste) de kosten van het faillissement te kunnen voldoen. De wet stelt niet een dergelijke eis. Evenmin kan gezegd worden dat de gedane aangifte geen redelijk, door de Faillissementswet beschermd belang dient. Nog daargelaten dat de wet imperatief voorschrijft dat de schuldenaar van wie aannemelijk is dat deze in de toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen op eigen aangifte in staat van faillissement verklaard wordt, is het belang bij een dergelijke aangifte ook daarin gelegen dat de te benoemen faillissementscurator niet alleen de stand van de boedel nader onderzoekt, maar ook eventuele mogelijkheden kan bezien om door de gefailleerde (alsnog) een akkoord te doen aanbieden, dan wel om het faillissement op de voet van het bepaalde bij art. 15b Fw in een schuldsanering te doen omzetten (vgl. Hof Amsterdam 23 juni 2009, LJN BJ8512). (Hof Leeuwarden 7 april 2011, LJN BQ1749, «JOR» 2011/271)