Naar de inhoud

Sign. - Intra-concern detachering en overgang van onderneming: uitsluitend werknemers die (formeel) in dienst zijn bij de vervreemdende werkgever worden beschermd

De werknemer had een arbeidsovereenkomst gesloten met DHB Bank N.V. In de arbeidsovereenkomst namen partijen op dat de werknemer gedetacheerd zou worden bij DHB Assurantiën B.V. (h.o.d.n. DHB Hypotheken), een dochtermaatschappij van DHB Bank N.V. Begin 2007 besloot DHB Hypotheken haar ondernemingsactiviteiten te staken en met ingang van 1 augustus 2007 verkocht zij al haar hypotheek- en verzekeringsactiviteiten aan Hut Management B.V. In verband hiermee bood DHB Bank N.V. de werknemer een andere functie aan, maar deze functie weigerde de werknemer. Daarop stelde DHB Bank N.V. dat de arbeidsovereenkomst met de werknemer op grond van de art. 7:662 e.v. BW per 1 augustus 2007 was geëindigd en stopte per die datum de loondoorbetaling aan de werknemer. In het door de werknemer aangespannen kortgeding (zie «JAR» 2007/274) oordeelde de rechter dat de arbeidsovereenkomst tussen de werknemer en de DHB Bank N.V. niet slechts een formele was, omdat de werknemer tijdens de detachering ook werkzaam was geweest voor DHB Bank N.V. Nu voorts DHB Bank N.V. in eerste instantie ook uit was gegaan van het voortduren van de arbeidsovereenkomst met de werknemer na 1 augustus 2007 – zij bood de werknemer immers een andere functie aan – veroordeelde de rechter in kort geding DHB Bank N.V. tot loondoorbetaling na 1 augustus 2007. In deze (bodem)procedure vorderde DHB Bank N.V. een verklaring voor recht dat de arbeidsovereenkomst met de werknemer per 1 augustus 2007 van rechtswege…