Sign. - Opheffing beslagen: wie is de baas over Libisch investeringsfonds? (Rechtbank Amsterdam 28 juli 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:5692 (publicatiedatum 7 augustus 2017))
In 2006 en 2007 heeft het beleggingsfonds Libyan Investment Authority (de LIA) miljoenen geïnvesteerd in fondsen van Upper Brook Companies. Eiseres PIAM heeft op grond van een Investment Management Agreement (IMA) recht op een managementvergoeding voor haar werkzaamheden voor die fondsen. Upper Brook heeft beslag gelegd ten laste van PIAM, omdat PIAM zou zijn ontslagen door de LIA en dus ten onrechte managementvergoedingen heeft ontvangen. PIAM eist opheffing van die beslagen. Daarbij speelt onder meer de vraag wie de zeggenschap heeft bij de LIA, gezien de huidige politieke situatie, waarin drie partijen zich als regering van Libië presenteren.
Politieke situatie
In 2011 hebben de Verenigde Naties en de Europese Unie internationale sanctiemaatregelen getroffen tegen de Libische Staat en zijn entiteiten. Op 29 juni 2017 heeft de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een resolutie aangenomen waarin de Libische Government of National Accord (GNA) wordt opgeroepen om de exclusieve en volledige controle uit te oefenen over onder andere de LIA.
Beslagen
Op 17 juli 2017 heeft Upper Brook bij de voorzieningenrechter van deze rechtbank verlof gevraagd en gekregen tot het leggen van conservatoire beslagen onder de Rabobank, de ABN AMRO Bank en de Deutsche Bank ten laste van PIAM c.s. De vordering is begroot op € 15.360.200,- en bepaald is dat het beslag onder de Banken maximaal drie keer mag worden herhaald binnen dertig dagen na het eerst gelegde beslag. Op basis van het verlof heeft Upper Brook ten laste van PIAM op 18 juli 2017 beslag gelegd onder de banken.
Opheffing
PIAM vordert gelegde beslagen nietig te verklaren, althans op te heffen.
Upper Brook verwijst naar het…