Art. - Het systeem van het bestuursrecht. De drie b’s van de Awb: bestuursorgaan, besluit en belanghebbende
Het bestuursrecht is systematisch opgebouwd rond een aantal basisbegrippen. De Algemene wet bestuursrecht als kaderwet begint dan ook met een definitie van deze begrippen. Deze bijdrage geeft in het kort een overzicht van het systeem van het bestuursrecht aan de hand van de begrippen bestuursorgaan, besluit en belanghebbende, de drie b’s van de Awb. En passant worden trends en ontwikkelingen hieromtrent in wetgeving en jurisprudentie beschreven.
De Algemene wet bestuursrecht, de kaderwet van het bestuursrecht
Het systeem van het bestuursrecht is neergelegd in de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Deze wet regelt de algemene leerstukken van het bestuursrecht. Het is een aanbouwwet, het huis is weliswaar meteen neergezet in 1994 (de eerste twee tranches), maar niet alle kamers zijn destijds meteen ingericht. Het verder inrichten heeft vorm gekregen bij gelegenheid van tranches, de grotere wetgevingsoperaties. Met de derde tranche in 1998 zijn met name handhaving, beleidsregels en subsidies geregeld in de Awb. De vierde tranche in 2009 regelde onder meer bestuurlijke geldschulden en de administratieve boete. Via diverse wetten zijn nog de nodige andere onderwerpen geregeld en geïncorporeerd in de Awb. Ik noem op deze plaats als voorbeelden het elektronisch bestuurlijk verkeer, het rechtstreeks beroep, de bestuurlijke lus en de dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen.
Het systeem van het bestuursrecht is met name gebouwd rondom de begrippen: bestuursorgaan, besluit en belanghebbende. Deze begrippen zijn van meet af aan in de Awb opgenomen en wel aan het begin in de vorm van definitiebepalingen. Over deze drie b’s zal het in deze bijdrage verder vooral gaan. Zij bepalen immers in belangrijke mate…