Onder de liquide middelen worden opgenomen de kasmiddelen, de tegoeden op bank- en girorekeningen, alsmede de wissels en cheques.
Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 2 art. 372 (OR-algemeen)
Commentaar is bijgewerkt tot 01-10-2017 door prof. mr. H. Beckman
Artikel 372 Tekst van de hele regeling
Omtrent de tegoeden wordt vermeld, in hoeverre deze niet ter vrije beschikking van de rechtspersoon staan.
A: Inleiding
Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.
B: Wetstechnische informatie
Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de wetstechnische informatie van de regeling.
C: Kernproblematiek
C.1: Categorieën liquide middelen (lid 1)
Het gaat om activa die door de rechtspersoon in zijn normale betalingsverkeer worden aangewend. De waardering van liquide middelen vindt normaliter tegen een nominaal bedrag plaats.
Over de kasmiddelen en banktegoeden kan weinig misverstand bestaan; het gaat om het tegoed bij de bank of contant geld bij de rechtspersoon. Wissels en cheques worden hiermee gelijkgesteld; vanzelfsprekend moet het hierbij om geaccepteerde waardepapieren gaan. De termijn waarbinnen de wissel en cheque kunnen worden omgezet in kasmiddelen behoeft niet te worden vermeld.
Indien een rechtspersoon meer dan één rekening bij eenzelfde bank aanhoudt, terwijl één of meer van deze rekeningen een debetstand vertonen, is saldering met rekeningen met een creditstand alleen aanvaardbaar als het om verbonden rekeningen gaat met rentecompensatie.
C.2: Vrije beschikking (lid 2)
Er kan aan vijf soorten beperkingen worden gedacht die ertoe kunnen leiden dat de liquide middelen niet ter vrije beschikking van de rechtspersoon staan en een vermelding op haar plaats is: beslaglegging, zekerheidsstelling (gedacht kan daarbij worden aan een openbaar of stil pandrecht op banktegoeden…