Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 3 art. 1 (Vermogensrecht)

A: Inleiding

Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.

B: Wetstechnische informatie

Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de historische informatie bij Artikel 1.

C: Kernproblematiek

Artikel 1 geeft een definitie van het begrip goed. Onder het begrip goed vallen de zaken en de vermogensrechten. Dit onderscheid ligt ten grondslag aan de indeling van het Burgerlijk Wetboek wat betreft de Boeken 3 en 5. Boek 3 ziet op vermogensrechten in het algemeen en Boek 5 op bijzondere regels aangaande zaken. De begrippen zaken en vermogensrechten worden uitgewerkt in artikel 3:2 BW respectievelijk artikel 3:6 BW.

De nevenschikking van vermogensrechten en zaken in artikel 1 is er een van ongelijke grootheden. Aan een rechtssubject behoren naast vermogensrechten niet zozeer zaken toe maar eigendomsrechten met zaken als object. Zie artikel 5:1 BW dat eigendom definieert als het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben. Waar in de wet wordt gesproken over een zaak kan zowel zijn bedoeld het eigendomsrecht als de zaak die het object is van het eigendomsrecht. Zo ziet artikel 3:2 BW op zaken als object van een eigendomsrecht. Titel 4 (overdracht) ziet het begrip zaken op eigendomsrecht.

De begrippen goed en vermogensrecht moeten worden onderscheiden van het begrip vermogen. Het begrip vermogen valt buiten het bestek van artikel 3:1. Een vermogen in vermogensrechtelijke zin bestaat uit de goederen – activa – die aan een rechtssubject toebehoren en de verplichtingen – passiva – van dat rechtssubject.

D: Jurisprudentie uitgebreid

Bij dit artikel is nog geen belangrijke jurisprudentie aanwezig.

E: Jurisprudentie nieuw

Meest recente jurisprudentie over Burgerlijk Wetboek Boek 3 artikel 1.

F: Literatuurverwijzing

Bij dit artikel is nog geen belangrijke literatuur aanwezig.