Naar de inhoud

Commentaar op Burgerlijk Wetboek Boek 3 art. 4 (Vermogensrecht)


Commentaar is bijgewerkt tot 15-02-2018 door mr. F.M. van Peski

Artikel 4 Tekst van de hele regeling

1.

Al hetgeen volgens verkeersopvatting onderdeel van een zaak uitmaakt, is bestanddeel van die zaak.

2.

Een zaak die met een hoofdzaak zodanig verbonden wordt dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht aan een der zaken, wordt bestanddeel van de hoofdzaak.

A: Inleiding

Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.

B: Wetstechnische informatie

Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de historische informatie bij Artikel 4.

C: Kernproblematiek

Artikel 4 lid 1 bepaalt dat al hetgeen volgens verkeersopvatting onderdeel van een zaak uitmaakt, bestanddeel is van die zaak. Op grond van het tweede lid is een zaak die zodanig met een hoofdzaak is verbonden dat zij daarvan niet zonder beschadiging van betekenis kan worden afgescheiden, een bestanddeel van de hoofdzaak.

Het begrip zaak of zaken in artikel 4 is gelijk aan het begrip ‘stoffelijke objecten’ in artikel 3:2 BW. Voor de beantwoording van de vraag of het ene object naar verkeersopvatting een bestanddeel is van het andere object (de hoofdzaak) is van belang (1) of de hoofdzaak incompleet is zonder het bestanddeel (HR 11 december 1953, NJ 1954, 115 (Stafmateriaal)); en (2) of er sprake is van een constructieve afstemming op elkaar van het bestanddeel en de hoofdzaak (HR 15 november 1991, NJ 1993, 316, (m.nt. WMK), ECLI:NL:HR:1991:AD1791 (Depex/Bergel), HR 27 november 1992, NJ 1993, 317 (m.nt. WMK), ECLI:NL:HR:1992:ZC0774 (Ontvanger/Rabo)). Zie ook de conclusie van A-G Wattel onder 4.3 voor HR 9 oktober 2009, BR 2009, 198. Of in een bepaald geval naar verkeersopvatting sprake is van een bestanddeel, moet in het licht van alle omstandigheden van het geval beoordeeld worden; voor zover dat oordeel berust op een waardering van die omstandigheden, is het feitelijk van aard en kan het in cassatie slechts in beperkte mate worden onderzocht (HR 6 december 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX7474, NJ 2013, 571 (m.nt. Snijders), «JOR» 2013/65 (m.nt. Steneker).

Het gevolg van de kwalificatie als bestanddeel is dat de zaak zijn zelfstandige zakenrechtelijk identiteit verliest en onderdeel wordt van de hoofdzaak. Indien een zaak een bestanddeel wordt van een andere zaak gaan de eigendom en de beperkte rechten die rusten op de zaak die bestanddeel is geworden, teniet. Ook beslagen, retentierechten en dergelijke vervallen. Tegelijkertijd wordt het bestanddeel als onderdeel van de hoofdzaak onderdeel van de eigendom van de hoofdzaak en voorwerp van de daarop rustende beperkte rechten. Ook beslagen, retentierechten en dergelijke nemen het bestanddeel in hun greep.

D: Jurisprudentie uitgebreid

Bij dit artikel is nog geen belangrijke jurisprudentie aanwezig.

E: Jurisprudentie nieuw

Meest recente jurisprudentie over Burgerlijk Wetboek Boek 3 artikel 4.

F: Literatuurverwijzing

Bij dit artikel is nog geen belangrijke literatuur aanwezig.