Economische overdracht bij leven, juridische na overlijden
Vader heeft de economische eigendom van zijn woning overgedragen aan zijn vier kinderen. De verschuldigde koopsom heeft hij in twee gedeelten kwijtgescholden. Ter zake van deze kwijtscheldingen is schenkingsrecht geheven. Het schenkingsrecht was voor rekening van vader. De overgedragen woning is verhuurd aan de vader.
In de successieaangifte ter zake van het overlijden van vader is de juridische eigendom van de woning in verband met de overgedragen economische eigendom gesteld op een waarde van nihil.
Bij de berekening van het successierecht heeft de inspecteur het standpunt ingenomen dat de koopovereenkomst is vervallen, zodat hij het saldo van de nalatenschap verhoogt met 60% van de leegwaarde van de woning en met het betaalde schenkingsrecht, omdat de kwijtscheldingen in zijn visie zijn vervallen.
Naar het oordeel van het Hof behoren op de sterfdag tot erflaters vermogen de juridische eigendom van de woning en de verplichtingen die worden samengevat onder de term economische eigendom, waaronder de persoonlijke verplichting tot levering van de onroerende zaak.
De juridische eigendom wordt aan een der kinderen A toegedeeld. Ook de door erflater aangegane verplichtingen gaan over op A als erfgenaam.
Deze verplichtingen zijn jegens A door vermenging en jegens de andere kinderen door afkoop bij de scheiding van de economische eigendom tenietgegaan. In de nalatenschap en de verdeling ervan zijn zowel de woning als de daarop rustende verplichtingen begrepen. Voor de inspecteur bestaat er dan geen aanleiding alleen de woning als bestanddeel van de nalatenschap aan te merken en evenmin is er aanleiding de kwijtscheldingen als vervallen te beschouwen en het geheven schenkingsrecht als vordering in de nalatenschap op te nemen.
Bij de aangifte voor het recht van successie noch bij de verdeling is door…