Brand en explosie grootste risico’s bij CNG
CNG is al een flink aantal jaar sterk in opkomst als relatief schone brandstof voor voertuigen. Door een brand in een CNG-aardgasbus in Wassenaar in oktober 2012, is het besef ontstaan dat er ook veiligheidsrisico’s met deze alternatieve brandstof gepaard gaan. Bij de brand zijn horizontale steekvlammen ontstaan van vijftien tot twintig meter die vier minuten lang aanhielden.

CNG, ofwel Compressed Natural Gas, is tot tweehonderd bar samengeperst aardgas in een drukhouder. Het is voorzien van een geurstof, zodat je een lekkage kunt ruiken. In een voertuig wordt CNG opgeslagen in één of meerdere stalen gastanks. De langwerpige tanks kunnen zowel in de lengte als de breedte van het voertuig zijn gemonteerd. Gebruikelijke locaties zijn boven of voor de achteras, de aandrijftunnel of de kofferruimte. Bij bedrijfs- en vrachtwagens zijn de tanks meestal aan het chassis bevestigd en bij bussen in een dakopbouw op de bus. CNG wordt via leidingen van edelstaal naar de drukregelaar in de motorruimte geleid.
Voertuigen aangedreven op CNG zijn in het Crash Recovery System (CRS) op het kenteken te vinden. ‘Zowel originele CNG-voertuigen als omgebouwde exemplaren staan erin’, aldus Jetty Middelkoop, Adviseur Gevaarlijke Stoffen van Brandweer Amsterdam-Amstelland. ‘Bij de originele CNG-voertuigen staat de locatie van de gasflessen er ook in vermeld, bij omgebouwde voertuigen niet. Indien buitenlandse auto’s omgebouwd zijn, kun je ze helemaal niet via het CRS herkennen.’
