Naar de inhoud

Een verzwegen olietank

De president van de Rechtbank te Utrecht wees op 26 maart jongstleden een nog niet gepubliceerd kort gedingvonnis naar aanleiding van een verzwegen olietank. Het eerste vonnis over deze materie.

De feiten

1. De cv-ketel van De Zeeuw moest in 1982 worden vervangen. Dit was een goede gelegenheid om over te stappen van een olie gestookte cv naar een gas gestookte cv. De ondergrondse olietank werd leeggezogen en met olie-absorberende korrels gevuld.

2. In het eerste half jaar van 1991 heeft De Zeeuw zijn woning, door tussenkomst van een makelaar, te koop aangeboden.

3. Op 18 juni 1991 heeft de gemeente een brief aan De Zeeuw gestuurd met betrekking tot de ondergrondse tank. De brief bevatte informatie over de actie 'Tank geschoond, milieu beloond'. Aangekondigd werd een onderzoek naar de bodem in de omgeving van de olietank.

4. Op 2 juli 1991 sluiten De Zeeuw als verkoper en Ten Broek als koper een koopovereenkomst terzake van het huis.

5. Het koopcontract wordt getekend op 2 respectievelijk 3 juli 1991. Het bevat de onder Oud BW gebruikelijke bepaling dat het huis wordt geaccepteerd met alle zichtbare en verborgen gebreken en dat verkoper tot geen vrijwaring is gehouden dan tot die wegens uitwinning.

6. De makelaar van verkoper De Zeeuw overhandigt op 2 januari 1992 een aantal brieven over het huis aan Ten Broek. Uit een brief van de gemeente van 13 december 1991 blijkt dat door de gemeente olieverontreiniging is gesignaleerd in de nabijheid van de olietank op een diepte van 1.50 tot 5.00 meter onder het maaiveld. Aangetroffen werd een concentratie olie van…