JOR 2007/169, Hoge Raad 29-06-2007, BA0033, C06/041HR (met annotatie van Steef M. Bartman)
Inhoudsindicatie
Vertegenwoordiging bij (indirect/kwalitatief) tegenstrijdig belang, Materiële toetsing van tegenstrijdig belang; geen formele benadering, Voor een geslaagd beroep op art. 2:256 BW dient te worden aangetoond dat aan rechtshandeling ten grondslag liggende besluitvorming van betrokken bestuurder inhoudelijk ondeugdelijk was wegens een ontoelaatbare samenloop van omstandigheden, Indien een natuurlijk persoon handelt in hoedanigheid van bestuurder/aandeelhouder van meerdere vennootschappen die een groep vormen, kan slechts onder bijzondere omstandigheden van tegenstrijdig belang sprake zijn, Cassatie van Hof Arnhem 11 oktober 2005, «JOR» 2005/294, …Instantie | Hoge Raad |
---|---|
Datum uitspraak | 29-06-2007 |
Publicatie | JOR 2007/169 (Sdu Jurisprudentie Onderneming & Recht), aflevering 7-8, 2007 |
Annotator |
|
Zaaknummer | C06/041HR |
LJN | LJN:BA0033, LJN:BA0033 |
Rechtsgebied | Ondernemingsrechtpraktijk |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
Rechters |
|
Partijen | Bruil-Kombex-Arnhem BV te Arnhem, eiseres tot cassatie, advocaat: mr. J.W.H. van Wijk, tegen Bruil-Arnhem Beheer BV te Arnhem, verweerster in cassatie, advocaten: mrs. R.M. Hermans en R.M. de Winter. |
Regelgeving |
|