Sign. - Bij samenloop avv cao ABU en inlener onder artikel 8 WAADI (oud) gaat conflictregel uit ABU-cao voor. Werknemer heeft geen zelfstandig vorderingsrecht
Werknemer is in de periode 2007-2009 in dienst geweest van 4Works BV. Op deze arbeidsovereenkomst is de avv-verklaarde ABU-cao van toepassing. Werknemer is gedurende het jaar 2008-2009 uitgeleend aan o.a. OBI. Dit bedrijf valt onder de cao voor de Betonproductenindustrie. Werknemer stelt zich op het standpunt dat hem ten onrechte niet het loon conform de cao voor de Betonproductenindustrie is betaald. Hij vordert achterstallig loon. Het Hof oordeelt dat de beloning van uitzendkrachten wordt beheerst door artikel 8 WAADI. In dit geval de wettekst die gold in de periode van 24 januari 2008 tot 17 juli 2009. Werknemer stelt dat 4Works heeft gehandeld in strijd met goed werkgeverschap omdat zij wist of behoorde te weten dat de lonen bij de OBI voor timmermanswerkzaamheden hoger waren dan het loon van een algemeen productiemedewerker, waarin 4Works de werknemer ondanks diens protest heeft ingeschaald. Het Hof meent echter dat ook indien ervan wordt uitgegaan dat werknemer indirect (op grond van artikel 7:611 BW) een beroep kan doen op het bepaalde in artikel 8 lid 3 WAADI, geldt dat lid 2 en lid 3 van artikel 8 WAADI (oud) beide van toepassing zijn. De wet voorziet niet in een conflictregel die aangeeft welke cao in een dergelijk geval prevaleert. In de toentertijd geldende ABU-cao is deze conflictsituatie wel getrapt opgelost, namelijk in de werkingssfeerbepaling en vervolgens via artikel 22 lid 5 cao. Deze regel is gehandhaafd in de huidige ABU-cao blijkens de in het huidige artikel 20 cao opgenomen overgangsbepaling. Uitgangspunt van artikel 22 lid 5 ABU-cao is dat de…