Naar de inhoud

Vroegere productie Teflon en Lycra houden gemoederen bezig

Lessen leren uit het verleden

DuPont heeft in Dordrecht tientallen jaren Teflon en Lycra geproduceerd. Hierbij zijn stoffen gebruikt, die in geringe hoeveelheden schadelijk voor de gezondheid zijn. Het ministerie van Sociale Zaken heeft laten uitzoeken hoe het bedrijf en de toezichthouders met deze risico’s zijn omgegaan. Daarbij kwamen geen ongerechtigheden naar voren. Wel zijn er lessen te leren voor de toekomst.

Veel chemische stoffen die van grote waarde zijn voor de industrie en de gebruiker, blijken na enige tijd een risico voor de gezondheid te vormen. Asbest is het bekendste voorbeeld. Twee andere stoffen in deze categorie zijn DMAC en PFOA. Deze zijn door DuPont en opvolgers als Chemours tussen de jaren zestig en de periode 2006 - 2012 gebruikt bij de productie van Teflon en Lycra. Beide stoffen zijn door de Europese Unie geclassificeerd als schadelijk voor het ongeboren kind; DMAC sinds 2001 en PFOA sinds 2013. PFOA wordt sinds dat jaar ook als mogelijk kankerverwekkend gezien. Beide stoffen worden via de huid in het lichaam opgenomen. Twee jaar geleden werd de vraag actueel of (voormalige) werknemers van deze bedrijven gezondheidsschade hebben opgelopen door het werken met DMAC en PFOA. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft vervolgens aan de Inspectie SZW en het RIVM opdracht gegeven om te onderzoeken wat de risico’s precies inhouden en op welk moment relevante informatie hierover bekend is geworden. Tijdens het feitenonderzoek van de Inspectie werd al snel duidelijk dat veel gegevens niet meer beschikbaar zijn. Dat is niet zo vreemd, omdat het onderzoek een periode van een halve eeuw beslaat. De informatie van DuPont is fragmentarisch, vooral over…