In dit handboek worden deze aspecten op een zo compleet en
gerubriceerd mogelijke wijze behandeld, met de volgende
onderverdeling:
- Inleiding: fiscale continuïteit, fiscale
informatieplicht, doorstartscenarios, ethische
kanttekeningen;
- Algemene aspecten: de belastingschuld (incl. vaststelling en
invordering), het open systeem van invordering, de status van de
fiscale regelgeving, algemene beginselen van behoorlijk bestuur, de
aansprakelijkheid van de fiscus, verjaring van dwanginvordering en
imputatieregels;
- Fiscaal uitstel van betaling en kwijtschelding van
belastingschulden (bij een crediteurenakkoord);
- Faillissementsaanvraag door de fiscus;
- Fiscale preferentie en bodembeslag (inclusief de
meldingsregeling bodemrecht);
- Verrekening, overdracht en verpanding van fiscale vorderingen;
subrogatie, regresmogelijkheden;
- Fiscale kruisverbanden: met name fiscale eenheid Vpb en OB (en
verbreking daarvan), fiscale bestuurdersaansprakelijkheid,
ketenaansprakelijkheid, inlenersaansprakelijkheid, doorbraak van
aansprakelijkheid/ vereenzelviging;
- Positie aandeelhouder bij insolventie: de aanmerkelijk
belanghouder, de deelnemingsvrijstelling, informeel kapitaal,
onzakelijke leningen, afgewaardeerde vorderingen,
liquidatieverlies;
- Fiscale gevolgen van schuldsanering/crediteurenakkoord en
vrijval van schulden, inclusief de kwijtscheldingswinst en de
Fokkercasus;
- Omzetbelastingaspecten: art. 29 Wet OB, onbelaste levering
volgens art. 37d Wet OB, onroerende zaak (herzienings-BTW),
Rentekasproblematiek, BTW bij winkeluitverkopen en de
BTW-verleggingsregeling;
- De verliesvennootschap: art. 20a Wet Vpb, turbovennootschappen,
carry back, carry forward, verliesverrekening, door-
zakconstructies en overgang verliescompensatie, de overname- of
Begemannconstructie, de fiscale (af)splitsing van insolvente
rechtspersonen.
Het boek is met name bedoeld voor insolventieadviseurs, advocaten,
belastingadviseurs, leden van de rechterlijke macht die zich bezig
houden met insolventie, medewerkers bij afdelingen bijzonder beheer
van financiële instellingen, bewindvoerders en curatoren.
Het is eveneens bestemd voor onderwijsdoeleinden.